Free Essay

Militaire Begraafplaatsen Margraten En Ysselsteyn

In: Historical Events

Submitted By ceesderks
Words 20558
Pages 83
† militaire begraafplaatsen margraten en ysselsteyn
Maarten Boots & Cees Derks Begeleider, Tim Demedts

INHOUDSOPGAVE
Voorwoord Maarten Boots Voorwoord Cees Derks Doelstellingen vooraf Inleiding Margraten Historie begraafplaats Opbouw van de begraafplaats De personen achter de kruisen Personen met een Medal of Honor in Margraten Generaal Maurice Rose Een brief naar huis Gedenkdagen In Margraten Onderhoud van de begraafplaats Ysselsteyn Historie begraafplaats De opbouw van de begraafplaats Lodewijk Timmermans De personen achter de kruisen Kindsoldaat Harry Hermann Anneliese Lehrmann Georg Quass Een brief naar huis Volkstrauertag Red Hand day JOC Ysselsteyn Conclusie Nawoord Maarten Boots Nawoord Cees Derks Dankwoord Bronvermelding 45 48 52 54 56 58 60 62 64 65 68 70 72 73 75 77 13 19 22 25 33 36 38 42 4 5 6 7

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

VOORWOORD MAARTEN BOOTS
Door mijn vele bezoeken aan de militaire begraafplaats in Ysselsteyn ben ik wel op wat ideeën gekomen, me verdiepen in zulke begraafplaatsen leek me wel wat. Bovendien geeft ieder bezoek je toch wel een bepaalde indruk, dit is overigens niet alleen in Ysselsteyn, maar bij iedere militaire begraafplaats. Toen ik enkele jaren geleden in Colleville-sur-Mer (Normandië), stond tussen meer dan negenduizend Amerikaanse slachtoffers van de invasie van Normandië, ging me dit ook niet bepaald in de koude kleren zitten. Ook mijn enkele bezoek voor dit werkstuk aan Margraten liet me niet ongemoeid. De Tweede Wereldoorlog heeft miljoenen slachtoffers met zich meegebracht. Dus een begraafplaats laat hiervan maar een schijn van zien, terwijl deze wel veel verteld. Toen Cees en ik besloten samen ons profielwerkstuk te maken, stond al direct vast dat het een geschiedenis onderwerp moest zijn. Toen ik op het idee kwam van militaire begraafplaatsen, was ik natuurlijk ook blij dat Cees het net zo goed zag zitten als ikzelf. Op het moment dat we er eenmaal uit waren dat we voor het onderwerp van militaire begraafplaatsen in Nederland wilde gaan was natuurlijk de vraag: hoe ga je dit onderwerp aanpakken? Het is een breed onderwerp en je moet natuurlijk wel weten wat je precies wilt doen met dit onderwerp. Bij de eerste brainstormsessie ben je er al vrij snel uit dat je niet ieder militair graf in ons land kan behandelen, alleen al omdat er in elke uithoek van ons land wel een graf ligt. Er zijn plekken waar vijf militairen liggen, maar ook waar er bijna tweeëndertigduizend liggen. Zodoende hadden we al snel de Mijn visie voor dit werkstuk is een duidelijk beeld te schetsen over de geschiedenis van deze begraafplaatsen, hun huidige situatie en de aandacht die ze krijgen. Graag wil ik ook dat u als lezer van dit profielwerkstuk helderheid krijgt omtrent de twee grootste oorlogsmonumenten in Limburg, want dat zijn het in feite ook. Je kan er heel wat foto’s van zien, het indrukwekkendste is natuurlijk om deze plekken met eigen ogen te aanschouwen. Mijn doel hierbij is te weten te komen wat er schuilt achter al deze graven. opzet gemaakt om de enige Duitse, maar ook de grootste militaire begraafplaats van ons land te behandelen. Hierbij was ook het plan de Amerikaanse begraafplaats in Margraten te behandelen. Aangezien dit in ons land de grootste militaire begraafplaats is aan de geallieerde zijde. Een plek waar meer dan achtduizend Amerikaanse soldaten hun laatste rustplek hebben.

4

Maarten en ik hadden het er in de klas al vaker over gehad wat we als onderwerp voor ons profielwerkstuk gebruiken konden. We waren er al uit dat we het werkstuk samen zouden maken en dat het onderwerp met geschiedenis of aardrijkskunde te maken zou hebben. Maarten kwam met het idee om over de militaire begraafplaatsen Ysselsteyn en Margraten een profielwerkstuk te maken. In eerste instantie wist ik niet precies wat ik me hierbij moest voorstellen. Maar door te zoeken en speuren op internet, kwam ik er al iets meer over te weten en leek het me het wel erg interessant om dit als onderwerp te gebruiken. Zodoende zijn wij tot dit onderwerp voor ons profielwerkstuk gekomen. Bij het maken van het profielwerkstuk hoop ik ten eerste dat ik veel te weten kom van deze begraafplaatsen. Ik wil hier graag meer van weten, omdat ik de geschiedenis sowieso al interessant vind, maar vooral ook de Eerste en Tweede Wereldoorlog en het In tegenstelling tot Maarten was ik nog niet vaak op de militaire begraafplaats in Ysselsteyn geweest. Vroeger heb ik de begraafplaats wel eens bezocht, maar hier kan ik me niet veel meer van herinneren. Wel ben ik ooit eerder op een andere militaire begraafplaats geweest, Colleville-sur-Mer. Deze begraafplaats ligt in Normandië in Frankrijk. Vroeger zijn we vaker met het gezin op vakantie geweest in Frankrijk, we bezochten dan vaker oorlogsbezienswaardigheden aan de kust, waaronder dus ook Colleville-sur-Mer. Van deze begraafplaats kan ik nog enkele beelden herinneren en ik weet nog dat het voor mijn beleving immens groot was. Van de begraafplaatsen in Ysselsteyn en Margraten had ik wel vaker gehoord, maar heb me er echter nooit verder in verdiept. Wat eigenlijk vreemd is omdat de begraafplaats van Ysselsteyn nog geen tien kilometer van mijn woonplaats ligt. herstel van deze oorlogen vind ik boeiend. Voordat ik aan het werk ging wist ik eigenlijk niets van de begraafplaatsen, naarmate ik steeds meer informatie verzamelde had, werden veel dingen steeds duidelijker geworden en werd het steeds boeiender. Ik hoop dat ik met een voldaan gevoel terug kan kijken op een zeer leerzaam project. Ten tweede wil ik voor de lezers een leerzaam en boeiend werkstuk maken, waarvan zij na het lezen zo veel hebben opgestoken over de militaire begraafplaatsen van Ysselsteyn en Margraten.

VOORWOORD CEES DERKS

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

5

DOELSTELLINGEN VOORAF
Bij aanvang van dit profielwerkstuk hebben wij onze doelstellingen als volgt gesteld: We hebben een hoofdvraag gemaakt en de militaire begraafplaatsen in Margraten en Ysselsteyn apart onderverdeelt met deelvragen.

HOOFDVRAAG
Waarin verschillen de militaire begraafplaatsen Margraten en Ysselsteyn?

DEELVRAGEN
Margraten > > > > Wat is de functie van de begraafplaats in Margraten? Hoe is de begraafplaats in Margraten ontstaan? Hoe en door wie wordt de begraafplaats onderhouden? Persoonsonderzoek: Gegevens Plaats en datum van overlijden Plaats en data waar persoon in kwestie heeft gevochten Doodsoorzaak Waarom daar begraven Ysselsteyn > > > > Wat is de functie van de begraafplaats in Ysselsteyn? Hoe is de begraafplaats in Ysselsteyn ontstaan? Hoe en door wie wordt de begraafplaats onderhouden? Persoonsonderzoek: Gegevens Plaats en datum van overlijden Plaats en data waar persoon in kwestie heeft gevochten Doodsoorzaak Waarom daar begraven

6

INLEIDING
De Tweede Wereldoorlog is naar alle waarschijnlijkheid de oorlog die de meeste slachtoffers met zich mee heeft gebracht uit de geschiedenis. Een wereldwijd conflict dat miljoenen mensen het leven heeft gekost. Ontstaan van de Tweede Wereldoorlog Duitsland kreeg na de Eerste Wereldoorlog te maken met een uiterst instabiele situatie. De Eerste Wereldoorlog was verloren, waarvan zware sancties door andere landen het gevolg vwaren. Die sancties werden opgestelt bij het Verdrag van Versailles in 1918. In de tijd na de Eerste Wereldoorlog was er in Duitsland een tijd van armoede en veel werkloosheid. In de jaren twintig van de vorige eeuw was er crisis over de hele wereld, met als toppunt de Beurskrach van 1929. Duitsland kon in deze periode van armoede niet meer aan hun schuldverplichtingen voldoen. De neerwaartse spiraal betekende tegelijkertijd de opkomst van de ideologie van Adolf Hitler, het nationaalsocialisme. Hij beloofde Duitsland een goede toekomst, waarin ook gelooft werd door de bevolking. Zo kwam Hitler is 1933 uiteindelijk ook aan de macht, hij schafte meteen de democratie af, waardoor hijzelf alleenheerser werd en noemde zichzelf ook “der Führer”. Onder het bewind van Hitler, ook wel NaziDuitsland genoemd, werd het land voorbereidt op een grote oorlog. Deze zou Duitsland het grootste en sterkste rijk ter wereld moeten maken. In 1936 kreeg Duitsland Italië als bondgenoot en in 1938 werd Hitler’s vaderland Oostenrijk geannexeerd. Toen Hitler in mei 1939 ook Tsjecho-Slowakije binnenviel zagen Frankrijk en Groot-Brittanië in dat Duitsland niet te stoppen was op een vreedzame Inmiddels gingen de Duitse veroveringen gestaag door, in april 1940 werden Denemarken en Noorwegen veroverd en in mei begonnen de Duitsers met de aanval op het westen. 10 mei 1940 Het verloop van de Tweede Wereldoorlog Na de verovering van Polen door de Duitsers, besloot de Sovjet-Unië (toenmalig Rusland), zich militair te versterken aan de westkant van het land, dit uit angst voor een mogelijke Duitse aanval op hun land. manier. Toen Duitsland op 1 september 1939 Polen binnenviel, verklaarde Frankrijk en Groot-Brittanië de oorlog aan de Duitsers. Dit wordt gezien als het officiële begin van de Tweede Wereldoorlog. Europese verstandhoudingen op het moment van de Duitse inval op Polen (september 1939)

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

7

waren Nederland, België, Luxemburg en Frankrijk aan de beurt. Ook deze slag had Duitsland snel gewonnen. Op 25 juni 1940 werd de wapenstilstand met de Fransen getekend. Daarmee kwam Frankrijk ook onder Duits gezag. Hitler besloot nu ook Engeland aan te vallen door middel van luchtaanvallen. De Duitse bommenwerpers vielen Londen aan vanaf 7 september 1940. De Engelse luchtmacht vocht goed terug en uiteindelijk besloten de Duitsers de aanval op kleinere schaal door te zetten. Daarmee werd de oorlog voornamelijk op de zuidelijke delen van Europa en de noordelijke delen van Afrika gericht. Dit resulteerde erin dat het grootste deel rond de Middellandse Zee in de handen van de Asmogendheden (Duitsland met bondgenoten) viel. Op 22 juni 1941 vond de eerste aanval van Duitsland op de Sovjet-Unie plaats, waardoor Duitsland definitief aan alle zijdes van het land in oorlog was. Amerikaanse betrokkenheid in de oorlog Aan de andere kant van de wereld was Japan bezig aan een opmars, zij veroverde veel landen rondom zich heen. Hierbij vonden de Japanners een oorlog met de Verenigde Staten ook onvermijdelijk. De Japanners besloten de grote Amerikaanse marinebasis Pearl Harbor, gelegen op Hawaï, aan te vallen. Dit gebeurde op 7 december 1941. Hierbij vielen meer dan tweeduizend slachtoffers aan Amerikaanse zijde. Japan en de Verenigde Staten raakte definitief in oorlog. Aangezien Japan sinds 1940 bondgenoot was van Duitsland, besloot ook Duitsland de oorlog aan de Verenigde Staten te verklaren. Hierdoor belandde de Amerikanen ook in de Europese oorlog. Neerwaartse spiraal van Nazi-Duitsland Aan het oostfront waren de Duitsers inmiddels doorgedrongen tot aan Stalingrad (tegenwoordig De Duitse opmars in 1941-1942, het blauwe gebied is door Duitsland bezet of bondgenoot. De opmars in het oostfront is duidelijk zichtbaar Wolgograd, zuidwest Rusland). In januari 1943 begon de Sovjet-Unie hun eerste tegenaanval tegen de Duitsers. Het Duitse leger Aanvalsroute voor D-day (6 juni 1944)

8

Beeld van de invasie op D-day op Omaha Beach (strand dat door de Amerikaanse troepen werd veroverd)

moest capituleren in de strijd om Stalingrad, dit was de eerste grote nederlaag aan Duitse zijde. De door de Duitsers verloren slag om Stalingrad wordt tevens gezien als keerpunt in de oorlog. Ondertussen kwam er ook een tegenoffensief aan de westelijke en zuidelijke kant van het Duitse Rijk. Inmiddels rukte de Amerikanen en Britten in Noord-Afrika op en drongen door via Sicilië naar het Italiaanse vasteland. Op 6 juni 1944 startte “Operatie Overlord”, De Verenigde Staten, Groot-Britannië en Canada vielen Normandië (gebied aan de westkust van Frankrijk) binnen. Deze dag staat bekend als D-day. Uiteindelijk trokken de Sovjet-troepen, ook wel “Het Rode Leger” genoemd, door tot Oostelijk Duitsland en veroverde Berlijn. Aan de westelijke kant trokken de geallieerde troepen via Frankrijk door naar Luxemburg en België. Op 9 september 1944 zette de geallieerde

soldaten de eerste voet op Nederlandse bodem, in de buurt van Maastricht. Op 17 september startte de geallieerde in de “Operatie Market Garden”, een luchtaanval rondom Arnhem. Hierbij hoopte ze de bruggen over de grote rivieren (Maas en Rijn) veilig te stellen, zodat de grondtroepen hier gemakkelijk over heen konden trekken voor een verdere opmars naar het Ruhrgebied. Operatie Market Garden mislukte grotendeels, omdat een goede doorslag richting het Ruhrgebied er niet kwam en er vielen veel slachtoffers aan geallieerde zijde. De Amerikaanse troepen wisten voornamelijk via België en Frankrijk door te dringen in het westelijk deel van Duitsland. Op 25 april 1945 troffen de Amerikaanse troepen de

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

9

Het verlies van Nazi-Duitsland in 1943-1945, van alle kanten werd het land aangevallen en ten tijde van capitulatie was er nog maar weinig van het rijk over (de blauwe gebieden)

Sovjet-troepen aan de Elbe (Duitse rivier, die ook dwars door Berlijn stroomt). Hitler besefte dat hij de oorlog verloren had en besloot op 30 april zelfmoord te plegen. NaziDuitsland gaf zich op 7 mei 1945 definitief over. Slachtoffers in de Tweede Wereldoorlog De Tweede Wereldoorlog heeft vele miljoenen slachtoffers met zich meegebracht. Deze oorlog is naar alle waarschijnlijkheid de oorlog met de meeste slachtoffers ooit . Het was voor het eerst dat een oorlog ook massaal het leven van burgers eiste. Totaal wordt het aantal slachtoffers van de oorlog geschat tussen de 50 miljoen en de 70 miljoen. Ongeveer twee derde deel van de slachtoffers waren burgers. Hierbij hoorden ook de burgerslachtoffers die zijn vervolgd en die stelselmatig zijn

uitgemoord. Oorlogsgraven De Nederlandse provincie Limburg heeft twee grote militiare begraafplaatsen. In Margraten bevindt zich een begraafplaats waar meer dan achtduizend Amerikaanse militaire slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog begraven liggen. In Ysselsteyn is een militaire begraafplaats waar meer dan tweeëndertigduizend Duitse oorlogsslachtoffers begraven liggen. Deze begraafplaatsen zijn de twee grootste in Nederland. Deze grote aantallen graven staan symbool voor de vele slachtoffers die deze oorlog met zich meegebracht heeft. Deze twee begraafplaatsen staan centraal in dit werkstuk.

10

Deze tabel geeft het aantal slachtoffers per land in de Tweede Wereldoorlog weer

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

11

militaire begraafplaats margraten

12

HISTORIE BEGRAAFPLAATS
Het Amerikaanse leger trok vanaf D-day door Europa. Na Frankrijk en België richting het zuiden van Nederland. Een strijd die vele slachtoffers met zich meenam. Slachtoffers die snel begraven moesten worden. En bij voorkeur nooit op vijandelijk grondgebied. Een rustplaats Het Amerikaanse 9e leger nam zijn doortocht door Limburg, om van hier uit door te trekken naar Duitsland. Ook deze opmars kende zijn slachtoffers, deze moesten allemaal zo spoedig mogelijk geborgen worden. Kapitein Jospeh Shomen kreeg de opdracht met zijn jonge eenheid een begraafplaats op bevriend grondgebied te stichten. Op vijandelijke grondgebied mocht niet, want dit zou de gesneuvelde kameraden onteren.

De aangewezen locatie ten oosten van Sittard bleek echter te dichtbij het front te liggen. Toen de eerste werkzaamheden al waren begonnen, werd deze locatie aangevallen door de Duitsers. Op het moment dat de bulldozers begonnen met het vlakken van het land, werden de Amerikanen onder vuur genomen door Duitse granaten. De Duitsers waren in de veronderstelling dat hier een tankoffensief werd voorbereid. Onder deze hevige omstandigheden was het begraven van lichamen praktisch onmogelijk. Hierdoor werd al vrij snel duidelijk werd dat het geen optie was hier een begraafplaats te stichten. Shomon was genoodzaakt een andere locatie te vinden en vond die in eerste instantie in Vilt, naast de provinciale weg Valkenburg-Maastricht. Het terrein voor Bergerheide leek Shomon wel wat, hier was een wijd uitzicht over het Geuldal en lag tenslotte

Kaartje van Zuid-Limburg, hierop is goed te zien dat Margraten nog een stuk zuidelijker ligt dan Sittard, de oorspronkelijke locatie zou moeten zijn.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

13

naast een keurig bereikbare weg, maar ook dit bleek geen optie omdat er op het gemeentehuis van Berg en Terblijt niemand aanwezig was die Engels sprak. Bij verder zoeken kwamen ze in Margraten uit, hier was immers wel iemand die Engels sprak, Jef van Laar. Hij was toentertijd eerste ambtenaar ter secretarie, later zou hij het overigens nog schoppen tot burgermeester van Cadier en Keer. In eerste instantie kregen ze een klein stukje grond toegewezen, de mensen in Margraten hadden toen nog geen idee hoe groot de “cemetery” zou worden. De nieuwe locatie die de Amerikanen wel zagen zitten zou tussen Cadier en Keer en Magraten komen te liggen, op een weg die Maastricht met Aken verbind. Langs deze weg lag een geschikte locatie, tussen de weilanden en boomgarden, die eenvoudig bereikbaar was. Tenslotte was de bereikbaarheid van de plek het belangrijkste. In eerste instantie was er nog wat weerstand van de boeren uit het dorp, de locatie was immers zeer goed vruchtbare grond voor akkerbouw, waarop Shomon reageerde met de uitspraak: ‘The best soil is not good enough for our boys’. De eigenaren van het landgoed kregen 75 cent per vierkante meter ter compensatie, waarna het Amerikaanse leger dit gebied van 30 hectare groot in bruikleen kreeg. Zwarte arbeiders In het najaar van 1944 begonnen de Amerikanen met de aanleg van de begraafplaats. De doodgravercompagnie kreeg de taak de soldaten te begraven. Deze compagnie bestond grotendeels uit negersoldaten. De meeste hiervan waren afkomstig uit de 3136th Quartermaster Service Compagnie, onder leiding van kapitein Abar. Aan de werkzaamheden op de begraafplaats werkte 250 man. Deze waren ingekwartierd op de fruitveil-

ing en op de Margraatse jongensschool. In het gemeentehuis werd de keuken ingericht. Voor de Amerikanen was het vanzelfsprekend dat de zwarte soldaten het slechtste werk kregen, zij moesten de graven delven en de lijken van de gesneuvelden van de vrachtwagens laden. Dit was in feite de slechtste baan die je kon wensen bij de begraafplaats. Ter aarde stelling De aangevoerde soldaten werden in een rijtje op plankiers gelegd, de zogenaamde Stripping-Line. Op de Stripping-Line werden de gesneuvelden ontdaan van hun persoonlijke bezittingen, wapens en munitie. De wapens werden op een verzamel punt in Margraten opgeslagen, de munitie werd daar vernietigt. Hierna mochten de zwarte soldaten hun omgekomen makkers ontdoen van handgranaten. Deze waren in de frontlinies vaker verstopt bij de lichamen door Duitse soldaten, op momenten dat zij hiervoor de kans hadden gekregen. Dit in de hoop zo ook de bergers van de lichamen te kunnen verwonden. Militairen van de geneeskundige dienst konden vervolgens beginnen met het identificeren en registreren. Het identificeren gebeurde met de grootste zorg, zo werd elk mogelijk aanknopingspunt op papier vastgelegd. De registratie werd met officiële legerformulieren vastgelegd, het gaat hier om formulieren als het Rapport van Begraving en het Inventarisatie van Persoonlijke Bezittingen. Het identificeren werd makkelijker gemaakt door de Dog Tags, dit zijn kleine ijzeren plaatjes met de belangrijkste gegevens van de soldaat. Deze Dog Tags zaten met twee dezelfde plaatjes aan elkaar, bij het overlijden van een soldaat werd een van de plaatjes losgehaald van het ander, een plaatje werd met de overledene mee begraven, het ander plaatje werd op de achter-

14

zijde van het houten kruis van de desbetreffende persoon getimmerd. Dit gebeurde om het proces van het begraven te versnellen en later als alle militaire werden opgegraven, werden deze gegevens gebruikt. Er waren ook soldaten waar van de gegevens waren verloren of waar uit de overgebleven gegevens niet duidelijk was wie de militair was. Daarom werden de persoonlijke bezittingen en een kopie van de legerformulieren in glazen pot gedaan, dit werd bij de gesneuvelde militair in het graf geplaatst. Tevens werden er vingerafdrukken gemaakt. Als er onbekende soldaten werden opgegraven, dan konden de eenheden later nog onderzoeken wie deze persoon was geweest. Veel van de onbekende stoffelijke resten zijn alsnog positief geïdentificeerd. Erbarmelijke omstandigheden

De lichamen kwamen met honderden tegelijk, terwijl de weersomstandigheden erbarmelijk waren. In deze herfst- en wintertijd was het heel koud en regende ontzettend veel. Vanaf november regende het zes weken lang vrijwel onafgebroken. Hierdoor verslechterde de werkomstandigheden alsmaar en in het najaar van 1944 was het een groot modderveld. Desondanks moest er dag en nacht gewerkt worden. De natte, rottende lichamen moesten zo snel mogelijk behandeld worden. Graven liepen vaak al onder water voor het geheel uitgegraven was, daardoor was de productie van bruikbare graven zeer laag. Daarnaast zakte de legertrucks helemaal weg in de modder, hierdoor moest er spoedig een beter begaanbare oprit komen. Shomon werd opgedragen binnen twee dagen voor een degelijke oprit van de begraafplaats te zorgen,

De begraafplaats in 1945

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

15

voor deze oprit er was, waren er weer twee maanden verstreken. Bij een poging om de grond met kiezels aan te harden, zagen ze vervolgens alle kiezels inzinken in het slijk. Toen lieten ze ladingen vol rotsstenen en palen aanvoeren, maar ook deze zakten weg. Op een gegeven moment lieten ze uit het Duitse Hürtgenwoud hele boomstammen aanvoeren, deze boden uiteindelijk wel stevigheid. Vervolgens werd de boomstammenweg nog verstevigd met puin wat ze aan lieten voeren uit de verwoeste stad Aken. Toen de winter aanbrak veranderde het regenprobleem in een vorstprobleem. Zo moest de grond uitgekapt worden om de graven te maken. Ook het behandelen van de lijken werd moeilijk, omdat ook deze bevroren waren. De kleding moest zelfs kapotgesneden worden om bij de persoonlijke spullen te kunnen komen. Nu moesten de lijken vaak zelfs de tenten in om eerst te ontdooien. Deze winter werd nog heviger, omdat er vele slachtoffers van het Ardennenoffensief naar Margraten kwamen, de begraafplaats van Henri-Chapelle (de Amerikaanse begraafplaats circa 20 kilometer ten zuiden van Margraten gelegen, in België) had immers al 15.000 gesneuvelden begraven. Later in de winter kwam er ook nog sneeuw bij, dit maakte de temperaturen hoger en verminderde de wind. Dit was wel prettig, omdat er wederom een vloed aan lichamen binnen kwam. Dit kwam omdat de aanval bij de Rijn ook zware verliezen betekende voor de Amerikanen. Het 9e leger deed er twee dagen over deze rivier over te komen. Door deze slag kwamen er circa duizend slachtoffers naar Margraten. Deze moesten zo snel mogelijk begraven worden, maar hiervoor waren geen extra mannen beschikbaar. Kapitein Shomon vroeg aan de toenmalig burgemeester Roncken om ondersteuning van de lokale bevolking. De inmiddels al voor Shomon bekende Van Laar trok met zijn collega-ambtenaren het dorp in, om helpende handen te werven. Meteen hielp iedereen vrijwillig mee, binnen twee dagen waren alle lichamen begraven en waren er ook enorm veel graven op voorraad. Officieel was dit de eerste maal dat burgers werden toegelaten op het kerkhof. Toen de lente aanbrak moesten de lichamen van meer dan 600 kilometer afstand komen, want de Amerikaanse troepen zaten al bij de Elbe. Bij aanvang van het voorjaar waren de omstandigheden wederom niet optimaal, de sneeuw en de grond dooide, waardoor het wederom een modderveld werd. Het geluk hierbij was dat de toestroom van lichamen steeds minder werd. 30 mei 1945 waren er inmiddels 17.000 slachtoffers begraven. Op deze dag kwam de eerste Memorial Day-herdenking. Wederom werd de burgerbevolking ingezet, dit maal om de hele begraafplaats op te fleuren. Zo´n tweehonderd mensen van de lokale bevolking werkten er aan, Arbeid op de begraafplaats in de begintijd

16

met als resultaat een begraafplaats bedolven onder de bloemen. Voor de dodengravers zat het zware werk er op, 1 juni 1945 vertrokken ze uit Margraten. Andere nationaliteiten De stoffelijke resten van de gesneuvelden kwamen, na de capitulatie van het Duitse Rijk in mei 1945 over naar Margraten. De militaire slachtoffers werden van alle tijdelijke begraafplaatsen, waaronder Son en Molenhoek, opgegraven en overgebracht. Veel stoffelijke overschotten van de Amerikaanse soldaten in Nederland en vele uit Duitsland kwamen hier in Margraten terecht. Het aantal gesneuvelden liep hoog op en bestond uit verschillende nationaliteiten. Anderhalf jaar later, maart 1946, telde Margraten maarliefst 18.970 begraven Amerikaanse slachtoffers. Er lagen ook nog een ruime duizend andere nationaliteiten, waaronder ruim 700 Russen. Deze Russische soldaten werden later overgeplaatst naar het Russisch Ereveld in Leusden. Bij de grote aanvoer van slachtoffers, kwamen in Margraten niet alleen Amerikaanse en andere geallieerde lichamen binnen, maar ook kwamen er veel Duitse lichamen binnen. Deze zagen er vaak heel erg slecht uit, vaak ontbraken er delen van het lichaam of kwamen ze helemaal verkoold binnen. Dit laatste kwam vaak voor bij slachtoffers van tankslagen. De lichamen waren vaak nog geen 90 centimeter groot. In de eerste maanden kwamen er zo’n drieduizend Duitsers op Margraten binnen, de meeste hiervan waren van de Wehrmacht. Zij werden apart van de Amerikaanse slachtoffers begraven, omdat de Amerikanen het niet acceptabel vonden om hun tegenstanders tussen hun eigen slachtoffers te begraven. Alle Duitse lichamen

werden later overgebracht en herbegraven op de Duitse begraafplaats in Ysselsteyn. Overgescheept naar Amerika In 1947 werd de begraafplaats aangewezen tot een permanente begraafplaats. Op verzoek van veel nabestaanden werden in 1948 meer dan tienduizend soldaten overgebracht naar de Verenigde Staten. De Amerikaanse overheid had alle nabestaanden de mogelijkheid gegeven om te kiezen wat er met hun dierbare zou gebeuren. De nabestaanden konden kiezen om de slachtoffers te laten overkomen of men kon de militair op de militaire begraafplaats in Margraten laten rusten. De kosten die bij het overplaatsen naar de Verenigde Staten werden gefinancierd door de Amerikaanse overheid, dit zorgde er dus ook voor dat veel vrijheidsstrijders werden overgeplaatst. De soldaten werden opgegraven en naar een loods gebracht. Daar werden de soldaten ontdaan van kleding en in een metalen kist gelegd. De ruim tienduizend gesneuvelden werden overgescheept naar Amerika.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

17

De kisten werden met Amerikaanse vlag er overheen in grote getale overgescheept naar Amerika. Herbegrafenis Na dat meer dan tienduizend soldaten waren overgebracht kwam het aantal graven in Margraten op 8.300 uit, waaronder 4 vrouwen. Na het overschepen kwam er een herbegrafenis in Margraten. Bij deze herbegrafenis werden de ruim achtduizend kruisen in de vorm van een waaier opgesteld. Deze waaier werd gemaakt uit een betonnen gebogen lijn, hierop werden de marmeren kruisen en davidsterren bevestigt. Bij deze definitieve begrafenis werd zorgvuldig te werk gegaan, zo werden broers en familie leden naast elkaar begraven. Deze grote herbegrafenis werd in december 1949 afgerond. Hierna droeg het Amerikaanse leger, dat al die jaren na de oorlog de zorg over de begraafplaats op zich had genomen, over aan de American Battle Monuments Commission. In de jaren ‘50 kreeg de begraafplaats zijn definitieve uitstraling, de opbouw werd geheel verandert en er kwamen nieuwe gebouwen bij. Op 6 juni 1960 werd het officieel geopend door koningin Juliana.

18

OPBOUW BEGRAAFPLAATS
Een groep architecten uit Boston (Massachutsetts) kreeg, na een aantal andere mogelijke ontwerpen, de eer om hun ontwerp in werkelijkheid te laten brengen. De mannen Shepley, Bulfinch, Richardson en Abott hebben de begraafplaats, het monument en de infrastructuur ontworpen. Binnenkomst Aan de provinciale weg van Maastricht naar Vaals ligt de aan de rechterzijde de ingangspoort van het Netherlands American Cemetery and Memorial. Vanaf de ingangspoort leidt de toegangsweg naar een parkeerplaats, waarna je richtig de trappen van het Ereplein gaat. Aan de rechterzijde van de trappen is het bezoekerscentrum, met de receptie en meer informatie. Aan de linkerzijde van de trappen is een portaal waar drie grote landkaarten te zien zijn, gehouwen uit steen. Landkaarten die het verloop van het laatste oorlogsjaar weergeven. De grootste kaart geeft alle militaire bewegingen weer vanaf de landing in Normandië. Op de tweede kaart zijn alle luchtoperaties die boven Nederland plaatsvonden tussen 17 en 26 september te zien. Dit betrof Operatie Market Garden, de operatie die de bevrijding van West-Nederland moest versnellen door de bruggen rond Arnhem en Nijmegen veilig te stellen. Deze operatie mislukte grotendeels. De derde kaart geeft een beeld weer van de veldslagen bij het oversteken van de Rijn en de Roer tussen 25 februari en 10 maart 1945. Dit was een belangrijke operatie, omdat dit het hele Roergebied betrof. Vermisten Achter het portaal en het bezoekers centrum zijn aan weerszijde de ‘Walls of Missing’ te zien. Tussen de gedenkmuren ligt een vijver aan de voet van een kapel in een 30 meter hoge toren. Achter de vijver staat een bronzen standbeeld naar ontwerp van Joseph Kiselewski uit New York. Een treurende vrouw, met aan haar rechterzijde 3 vredesduiven, gevolgd door een door de oorlog vernietigde boom met een nieuwe loot. Het standbeeld staat voor het treurige gevoel dat er zoveel mensen moeten Op deze muren zij alle namen vermeld van de Amerikaanse soldaten die tijdens de oorlog zijn vermist of die na de oorlog niet meer konden worden geïdentificeerd. De soldaten zijn met naam, rang, eenheid en de staat van afkomst vermeld. Op deze muur zijn in totaal 1722 namen vermeld. Er staat echter voor sommige namen een rozet, dit wil zeggen dat deze soldaat naderhand terug gevonden is en alsnog begraven is. De muren, en tevens de toren en het paviljoen, zijn gemaakt van Portlandsteen uit Engeland.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

19

sterven oor een oorlog, de boom met een nieuwe loot staat voor de nieuwe hoop op vrede. Het standbeeld is omschreven met de tekst; ‘NEW LIFE FROM WAR’ S DESTRUCTION PROCLAIMS MAN’S IMMORTALITY AND HOPE FOR PEACE’. De toren De begraafplaats is in de verre omtrek zichtbaar door de 30 meter hoge toren die op het terrein staat. Boven op de toren is een observatiepunt, dat men met een trap van 149 treden kan betreden. Op de bronzen deuren van de kapel staat ‘de Boom des Levens’ in reliëf afgebeeld. In de toren bevindt zich een 15,5 meter hoge kapel. In de kapel staan verschillende teksten afgebeeld die betrekking hebben op het feit dat de overleden soldaten herdacht worden voor de vrede. Aan het plafond hangen meerdere lampen met in het midden een grote kroon, die door Nederland aan de begraafplaats is geschonken. In de kapel worden bij

20

het altaar kransen gelegd voor de soldaten, door de Nederlandse en Amerikaanse overheid. De begraafplaats Aan de achterzijde van de kapel begint meteen de begraafplaats. De waaiervormige begraafplaats is opgedeeld in 16 vakken, op alfabetische volgorde (A-P). De vakken zijn in gescheiden door een promenade naar de vlaggenmast, aan de linker en rechterzijde zijn de vakken onderling gescheiden door graspaden. De Davidsterren en de Latijnse kruisen zijn geordend in parallel lopende bogen. De architecten hebben gekozen voor een waaiervormige begraafplaats, bij aankomst is meteen te zien dat de kruisen niet in rechte lijnen staan. De kruisen lopen in bogen, als een waaier met de vlaggenmast als midden punt. De beplanting van de begraafplaats is bedacht door de architecten Clarke, Rapuano en Halleran. Ook de beplanting van de begraafplaats is goed

doordacht. Aan weerszijde van de grasmat richting de vlaggenmast staan Amerikaanse eiken. Rondom de gehele begraafplaats zijn Rododendrons geplant. Deze planten bloeien meestal rond “Memorial Day” uitbundig. De uiteinden van de bogen zijn beplant met trosrozen, omringt door kleine palm hagen. De begraafplaats word keurig bijgehouden en de begraafplaats heeft vaste tuinpersoneel in dienst, die er voor zorgen de begraafplaats er ten alle tijden keurig bijligt.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

21

DE PERSONEN ACHTER DE KRUISEN IN MARGRATEN na de oorlog waren, er is zelfs een graf van een Achter elk van de 8.301 graven van de Netherlands American Cemetery and Memorial zit een verhaal. ieder persoon dat hier ligt is op zichzelf al uniek. Aangezien het allemaal mensen waren die vanuit Amerika hierheen kwamen om mee te vechten met de oorlog, is het interessant deze personen verder uit te werken. Met 8.301 graven is de begraafplaats in Margraten de op twee na grootste in Europa aan Amerikaanse zijde. Alleen de begraafplaatsen in Lorraine en Colleville-sur-Mer (Normandië), beide in Frankrijk, zijn groter. Ooit was het ereveld in Margraten ook vele malen groter. Wat er schuil gaat achter de 8.301 graven, zijn lange verhalen. In Margraten liggen veertig paar broers. Veelal zij aan zij begraven, al zijn ze maar zelden ook samen of tegelijkertijd omgekomen. Ze kregen als familie wel altijd de mogelijkheid om na dood weer samengebracht te worden op de begraafplaats. Wanneer omgekomen vrienden van elkaar waren, en toebehoorde aan het 9e Amerikaanse leger, kregen ze ook de mogelijkheid zij aan zij begraven te worden. Ook zijn er enkele kruisen bestemd voor niet militaire Amerikaanse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Dit waren bijvoorbeeld administratieve mensen of mensen uit de koopvaardij, die bij hun werk het leger ondersteunde. Dit werk in oorlogstijd kostte hen dan het leven. Er zijn ook graven te vinden met sterfdatums van In Margraten liggen zes militairen met de Medal of Honor, de hoogste militaire onderscheiding van de Verenigde Staten. Margraten heeft ook zijn eigen generaal, Maurice Rose, ook hij ligt gewoon tussen de andere rangen. Deze rangen zijn overigens wel op ieder graf duidelijk kenbaar gemaakt. Circa vijfhonderd graven zijn van militairen die omkwamen in de strijd in Zuid-Limburg. 311 van de 30e Infanteriedivisie en 174 van de 2e Tankdivisie. 153 graven zijn van luchtmachtmilitairen die omkwamen boven het Europese vaste land, zij waren behorende bij de 96e Bomber Group die tussen mei 1943 en mei 1945 was opgesteld in de Engelse basis in Snetterton-Heath. Vanuit hier voerde ze bombardementsvluchten uit op Duitsland. militair die pas in juni 1946 omkwam. Hoe dit kan is vrij simpel uit te leggen, deze soldaten zijn toen alsnog gestorven aan hun verwondingen die ze op hadden gelopen in de oorlog, of verbleven nog in Europa om hier nog assisterend werk te verrichten. Er zijn ook vier graven in Margraten te vinden van vrouwelijke slachtoffers. Het gaat hier om Anita R. Mc. Kenney, zij verbleef in Europa vanwege een bezoek aan haar man, die administratief werk deed bij de in haven van Antwerpen. De overige drie vrouwen waren verplegend personeel.

22

Het lege graf van Joseph F. Hill

Het eenzame graf van Willis A. Utecht

Geruime tijd na de Tweede Wereldoorlog werden nog steeds stoffelijke overschotten van militairen gevonden. Dit gebeurt nu nog steeds regelmatig. Het ereveld in Margraten was in 1960 in gesloten voor nieuwe graven, omdat dat architectonisch niet paste. Het was precies ontworpen voor 8.300 graven. Het Ardennes American Cemetery and Memorial is het Europese ereveld waar nog nieuw gevonden slachtoffers alsnog worden begraven. Deze begraafplaats is in de vorm van een kruis, waardoor het aan vier kanten uitgebreid kan worden, zonder dan het ontwerp aangetast wordt. Ondanks dat Margraten eigenlijk gesloten was voor meer graven, vond er op 16 september 1994 hier toch een begrafenis plaats. Het ging hier

om 2e luitenant Willis A. Utecht. Zijn lichaam werd toen pas gevonden in een bosrijk gebied in Zuid-Limburg. Hij mocht eigenlijk niet meer op Margraten begraven worden, maar zijn nabestaanden stonden er op dat hij tussen zijn kameraden kwam te liggen in Margraten. Zij werden in hun gelijk gesteld, waardoor hij achter alle rijen een eenzaam graf kreeg, wel tussen zijn eigen kameraden. Ook is er op de American Netherlands Cemetery and Memorial een leeg graf te vinden. Het gaat hier om Soldaat 1e klasse Joseph F. Hill. Zijn kist is in april 2001 alsnog overgebracht naar Amerika. Zijn nabestaanden hadden in de jaren vijftig al aangegeven dat ze zijn lichaam overbracht wilde

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

23

Een davidsster voor een Joodse gesneuvelde militair

hebben. Door een administratieve fout is deze overplaatsing toentertijd nooit van de grond gekomen. Na jaren lang procederen hebben zijn nabestaanden in 2001 hun zin gekregen en werd zijn kist alsnog overgebracht. Zodoende heeft Margraten een leeg graf. Alle gesneuvelden ongeacht geloof of geen geloof hebben een Latijns kruis gekregen als grafsteen, dit met als uitzondering Joodse slachtoffers zij hebben een davidsster op hun graf staan. Enkele slachtoffers die in Margraten liggen zijn hier uitgewerkt met een uitgebreid verhaal hoe ze uiteindelijk op dit ereveld terecht zijn gekomen. De begrafenis van Willis A. Utecht, in 1994 en zijn eenzame graf in Margraten

24

MEDAL OF HONOR
In het Amerikaanse leger is de Medal of Honor de hoogste onderscheiding die te verkrijgen is. Deze wordt uitgereikt voor “voor opvallende moed en ondernemingszin met gevaar voor eigen leven, boven wat de dienst vereist, in daadwerkelijk gevecht tegen een vijandelijke krijgsmacht”. Vanaf de Amerikaanse Burgeroorlog (18611865) wordt de Medal of Honor uitgereikt aan Amerikaanse militairen die dapper en belangrijk zijn geweest voor het vaderland. In totaal zijn er tot nu toe 3.475 Medals toegekend, hiervan zijn er 627 postuum en 464 Medals uitgereikt aan militairen uit de Tweede Wereldoorlog. De Medal of Honor wordt gedragen om de hals en

wordt uitgereikt door de President van de Verenigde Staten, degene die ook officieel bevelhebber van het leger is. Ontvangers van de Medal hebben veel privileges. Zij hebben vele voordelen ten opzichte van andere militairen. Ze krijgen bijvoorbeeld een hoger pensioen buiten de militaire pensioensregeling om terwijl ze in de arbeidsjaren ook een hoger salaris kunnen verwachten. Ook mogen zij veel officiële staatsactiviteiten bijwonen. Dit is slechts een greep uit hun vele voordelen. Medal of Honor in Margraten Op de militaire begraafplaats liggen zes dragers van de Medal of Honor begraven. Hieronder zijn de verhalen van hun uitzonderlijke diensten.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

25

George J. Peters George J. Peters was afkomstig uit Cranstron, Rhode Island. Dit was ook de stad waar hij in dienst trad. Hij had de laagste militaire rang (Private). Op 24 maart 1945 werd hij met het 507e Parachute Infanterie Regiment van de 17e Airborne Divisie per parachute gedropt aan de overkant van de Rijn, in de buurt van de Flüren, Duitsland. Onmiddellijk na de landing stuitte zijn groep op een Duitse mitrailleursopstelling die op zo’n 75 meter afstand stond. Deze begon direct te vuren op de Amerikaanse parachutisten. Peters werd direct dodelijk gewond geraakt door de Duitse beschietingen. Ondanks zijn zware verwondingen wist hij zijn parachute los te maken en kroop hij in de richting van de Duitse opstelling. Hij trok zo de aandacht van de vijandelijke soldaten. Onder zwaar vuur slaagde hij erin nog granaten in de opstelling te gooien, waardoor er twee bedieners hiervan omkwamen en het gehele mitrailleursnest werd uitgeschakeld. Met deze actie redde hij zijn medeparachutisten, terwijl hij

zelf dodelijk gewond was. De andere parachutisten konden zo op weg naar hun bepakking en verder, zonder dat er nog meer slachtoffers vielen. Uiteindelijk overleed hij terplekke aan de verwondingen. Hij werd postuum onderscheiden op 8 februari 1946. Een onderscheiding die hij verdiende door zijn doorzettingsvermogen, waarmee hij zijn collega’s redde, maar hiervoor wel zijn eigen leven opofferde. Walter J. Will Walter J. Will is geboren in Pittsburgh, Pensylvania. Hij trad in dienst in West Winfield, New York. Hij had op moment van sterven de rang van Eerste Luitenant. Op 30 maart 1945 was hij met zijn 18e infanterie regiment van de 1e infanterie divisie nabij Eisern, Duitsland. In zwaar vuurgevecht met de vijandige troepen, redde hij twee kameraden. Inmiddels zelf al zwaar gewond ging hij weer terug om een derde kameraad te redden, die gewond lag in een open veld.

26

Ondanks zijn zwaar bloedende wonden, ging hij door met zijn peloton, tot ze op een gegeven moment stuitte op twee Duitse posten met machinegeweren. Kruipend gaat hij helemaal alleen naar het eerste mitrailleursnest, hij schiet de viertallige bemanning dood en maakt het machinegeweer kapot met een handgranaat. Hij kruipt door naar het tweede mitrailleursnest, dat op een afstand van zo´n zes meter lag. Ook hier weet hij het machinegeweer en de gehele bemanning uit te schakelen. Hierna gaat hij verder met zijn peloton, als hij ziet dat een ander Amerikaans peloton vast zit bij twee Duitse mitrailleursnesten duikt hij koelbloedig de kogelregen in. Vastberaden gooit hij drie granaten in een nest, ook hier met succes. Het derde mitrailleursnest maakte hij geheel onschadelijk. Inmiddels was Luitenant Will al dodelijk gewond, hij trok terug naar zijn peloton. Waarna hij overleed aan zijn verwondingen. Hieraan heeft hij zijn Medal of Honor te danken, hij had enorme wilskracht en moed, wat hij met de dood heeft moeten bekopen. Deze Medal krijg hij zeven maanden na zijn dood, op 17 oktober 1945.

George Peterson George Peters geboren in Brooklyn, New York. Dit was tevens ook de plaats waar hij in dienst trad. Op het moment van sterven had hij de rang van Staff Sergeant. Op 30 maart 1945 trok hij met zijn 18e infanterie regiment van de 1e infanterie divisie door de omgeving nabij Eisern, Duitsland. Hier raakte zijn compagnie in gevecht met een vijandig bataljon. Hierbij kwamen de Amerikanen al snel onder hevig vuur te liggen, de Duitsers schotten met kogels en mortiergranaten. HIj had met zijn gedeelte van de compagnie de opdracht om de vijand recht van voren aan te vallen. Hij gaat voorop, waarop hij de rest de opdracht geeft om hem te volgen. Kruipend baant hij zijn weg richting de vijand, hierbij komt er rakelings langs zijn benen een mortiergranaat neer. Waar hij gewond door raakt, maar ondanks de pijn gaat hij door. Terwijl de kogels letterlijk om zijn oren vliegen gaat hij op zijn knieën zitten, waarop hij een handgranaat in het mitrailleursnest van de Duitsers gooit. Hierdoor raakt zowel de bemanning

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

27

als het machinegeweer onschadelijk. Wanneer hij deze klus geklaard heeft, gaat hij snel verder naar het tweede nest, wederom een succes, want ook dit nest weet hij geheel onschadelijk te maken. Direct hierna schiet een Duitse soldaat hem in de arm. Ondanks de verwondingen gaat hij weer door, het lukt hem zelfs nog een derde mitrailleursnest onschadelijk te krijgen. Na deze strijd liet zijn zich verplegen door de aanwezige arts in de compagnie. Zodra hij een kameraad in nood ziet, wil hij hem meteen gaan redden. Vlak voor hij zijn kameraad bereikt raakte hij dodelijk gewond door vijandelijke vuur. Door zijn moed heeft hij veel vijandelijke soldaten en materieel onschadelijk kunnen maken, iets waar de Amerikaanse staat hem voor geprezen heeft. Uiteindelijk is hij 17 oktober 1945, zo´n zeven maanden na zijn dood, postuum geprezen met een Medal of Honor.

Walter C. Wetzel Walter C. Wetzel is geboren in Huntington, West Virginia. Maar Wetzel ging in Roseville, Michigan in dienst. Ten tijde van overlijden had hij de rang van Private Eerste Klas.Hij hoorde bij het Antitank Compagnie van de 13e infanterie regiment toebehorende aan de 8e infanterie divisie. Op 3 april 1945 hield hij de wacht voor de commandopost van zijn peloton. Dit was een huis nabij Birken, in Duitsland. In de vroege morgen kreeg hij een groep vijandelijke soldaten in de gaten, die richting de post trokken. Hij spoedde zich het huis in en waarschuwde direct de aanwezige soldaten. Onmiddellijk opende ze het vuur tegen de naderende Duitse eenheid, die sterk was met automatische wapens. Doordat het buiten nog donker was, lukte het de Duitsers het huis dicht te naderen, zo dicht dat ze hun met handgranaten konden raken. Hiervan kwamen er twee in de kamer, hij waarschuwde zijn kameraden en sprong vervolgens zelf op de granaten. Deze explodeerde, waardoor hij zwaar gewond raakte,

28

deze verwondingen kostte hem het leven. Door deze actie redde hij zijn kameraden, zodat zij verder konden met het verdedigen van deze commandopost. Het lukte hen eindelijk wel de Duitse aanval met succes af te slaan. Hij offerde zijn leven op voor zijn kameraden, voor de Verenigde Staten. Deze opoffering was voor het Amerikaanse leger een teken van ongekende dapperheid. Hierdoor werd hij op 26 februari 1945, zo´n tien maanden na zijn dood, postuum geëerd met de Medal of Honor. Willy F. James, Jr. Willy James is geboren op 18 april 1945 in Kansas City, in de staat Missouri. Op 11 september 1942 trad hij in het Amerikaanse leger. Hij had de rang van Private Eerste Klasse. James hoorde bij het 413e infanterie regiment, van de 104e infanterie divisie. Op 7 april 1945 is James eerste verkenner in de buurt van Lippoldsberg, Duitsland. Ze wilde een bruggenhoofd veiligstellen dat over de rivier de Wezer ging. Hij was vooruit gegaan op de rest, waarna hij een uur lang de Duitse stellingen observeerde. Het lukte hem hierna terug te keren naar het peloton. Het hielp mee aan de voorbereiding voor een nieuwe aanval op de vijandelijke stellingen. Aangezien hij de wetenschap had over de posities van de vijanden, leidde James deze aanval. Op het moment dat zijn pelotonscommandant zwaargewond raakte, schoot James hem direct te hulp. Toen hij zijn kameraad hielp, konden de Duitse soldaten gemakkelijke op hem schieten. Hij sneuvelde hierbij in een regen aan kogels van de Duitse machinegeweren. Zijn voorkennis over de Duitse stellingen is van groot belang geweest bij deze aanval. James was een van de vele zwarte soldaten in het Amerikaanse leger. Ondanks alles werd er na de Tweede Wereldoorlog geen enkele van hen ooit geprezen met een Medal of Honor. De Shaw University in Raleigh, North Carolina kreeg opdracht van het Amerikaanse leger om te onderzoeken of het ging of rassendiscriminatie dat er nooit zwarte soldaten hoogst geëerd werden na de Tweede Wereldoorlog. Dit onderzoek wees uit naar een grote voorkeur in behandeling voor de blanke soldaten. De universiteit adviseerde het leger om tien zwarte Amerikanen aan te wijzen voor een Medal of Honor. Zeven hiervan werden uiteindelijk in 1996 voorgedragen aan het Congres voor goedkeuring. Alle zeven werden goedgekeurd, onder hen ook Willy James. Uiteindelijk werd hij op 13 januari 1997 postuum onderscheiden met een Medal of Honor. Een onderscheiding waar hij, maar eigenlijk meer zijn familie meer dan vijftig jaar op hebben moeten wachten.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

29

Robert G. Cole Robert George Cole is geboren op 19 maart 1915 in San Antonio, Texas. Hij was zijn van kolonel Clarence F. Cole, een legerarts. In 1933 haalde hij zijn diploma op de Jefforson High School, ook in San Antonio. Hierna trad hij in dienst, officieel op 1 juli 1934. In 1935 begon hij aan de United States Military Academy in West Point. Hier studeerde hij in 1939 af, waarna hij terugkeerde naar huis. Hij trad in het huwelijk met Allie Mae Wilson. Cole bij D-Day Hij kreeg de rang van tweede luitenant bij de 15e infanterie in Fort Lewis in Washington. In 1941 werd hij overgeplaatst naar het 501e Parachutisten Infanterie Regiment in Fort Benning in Georgia. In maart 1941 kreeg hij zijn Jump Wings, dat wil zeggen dat hij officieel parachutist was, hierop volgde een snelle promotie. Op 6 juni 1944, D-Day, had Cole, die inmiddels al luitenant was, de leiding over het 3e Bataljon van het 502e Parachutisten Infanterie Regiment. Het was de dag waarop zijn eenheid voor het eerst in gevecht zou gaan. Op de avond van 6 juni kreeg hij na landing 75 man bij elkaar, zij veroverde vervolgens Exit 3 in Saint Martin-de-Varreville, vlak achter Utah Beach. Zo kon de 4th Infrantry Division, dat aan land kwam, verwelkomd worden. Hierna kregen ze de opdracht de rechterflank van de 101e Airbornedivisie te verdedigen. Dit alles in poging om de toegang tot Carentan in te nemen. Op 10 juni leidde Cole 400 man over een lange weg, tussen twee moerasgebieden in, dit zonder enige vorm van dekking. Aan de rechterkant zaten op dat moment Duitse soldaten verscholen achter een haag. Tijdens deze opmars werd zijn bataljon de hele tijd aangevallen met machinegeweren, mortieren en Uiteindelijk lukte het toch een deel van het bataljon om het obstakel te passeren en kon zo de aanval aangaan. De Duitsers lukte het iedere poging de brug te passeren af te slaan. Hierna ging Cole over, na een bevel, om een rookgordijn rond de ingegraven Duitsers te leggen, hierna beval hij zijn mannen om in aanval te gaan met de bajonetten. Dit is zeer zeldzaam in de Tweede Wereldoorlog, want dit wapen werd eigenlijk nog maar zelden artillerie. Een langzame zenuwslopende tocht, die vele slachtoffers eiste. Pogingen een doorgang te creëren bij de blokkade voor een brug mislukte, waardoor ze de hele nacht op dezelfde plek moesten verblijven. De hele nacht werd zijn bataljon voortdurend bestookt door Duitse aanvallen, iets vele slachtoffers aan hun zijde opleverde.

30

gebruikt. Cole trok met zijn mannen richting de haag, en vocht met man tegen man tegen de Duitsers. Dit maal hadden de Duitsers flink verlies, de overlevende dropen af en trokken terug, waarna deze nog als maar meer verlies leden. Deze aanval kreeg de naam Cole’s Charge en telde ook veel Amerikaanse slachtoffers. 130 van de 265 Amerikanen kwamen er niet ongeschonden vanaf. Door de uitputting van dit bataljon vroeg Cole het eerste bataljon om hen voorbij te gaan. Maar ook zij hadden veel verlies. De Duitsers kwamen met zware tegenaanvallen rondom Carentan, met het 6e parachutistenregiment. Coles artilleriewaarnemer lukte het contact te krijgen, waardoor ze op artilleriesteun konden rekenen, Hierdoor konden ze alle tegenaanvallen breken. Uiteindelijk kon op 12 juli ’s morgens vroeg het 506e Parachutisten Infanterie Regiment de linies veroveren, intussen waren er al veel Duitsers uit het 6e parachutistenregiment uit Carentan vertrokken. Om half acht in de morgen was Carentan dus alsnog ingenomen. Een slag waarbij Cole een belangrijke bijdrage had geleverd. Cole´s overlijden Tijdens de beroemde operatie Market Garden had Cole op 18 september 1944 de leiding over het 502e regiment in Best, Noord-Brabant. Via de radio werd hij hier door een piloot verzocht oranje panelen voor zijn linies te leggen. Deze klus besloot hij zelf te klaren. Bij deze opdracht werd hij doodgeschoten door een Duitse sluipschutter. Cole´s onderscheidingen en eerbetonen Het graf van Cole in Margraten

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

31

Cole is voorgedragen voor een Medal of Honor vanwege de bajonetaanval op 11 juni 1944 nabij Carentan. Zijn uitreiking mocht hij niet meer meemaken, twee weken na zijn overlijden werd hem op 30 oktober de Medal of Honor toegekend. Zijn moeder kon deze onderscheiding in ontvangst nemen, samen met zijn weduwe en tweejarige zoon. Deze onderscheidingsceremonie vond plaats in Fort Sam Houston. Op 18 september 2009 is er uiteindelijk een monument onthuld in Best, op een steenworpafstand van de plek waar hij om het leven kwam. Zijn zoon kwam het monument onthullen, een ceremonie waarbij ook veteranen van de 101e Airbornedivisie aanwezig waren.

Het monument van Cole in Best, zijn sterfplek

32

Op vijftienjarige leeftijd knoeide Rose met zijn leeftijd, enkel om bij de Nationale Garde te kunnen, Hij kon hierbij vechten tegen de Mexicaanse bandieten in de grenszones. Ruim een jaar later trad hij in dienst, benoemd tot tweede luitenant . Op het eind van de Eerste Wereldoorlog, trok hij richting Frankrijk met de 89e Infanterie Divisie. In deze oorlog nam hij deel aan de slagen bij Argonne en St. Mihiel, hierbij raakte hij zwaargewond. Inmiddels was hij in rang opgeklommen, op het eind van de oorlog was hij al kapitein. De derde keer dat Maurice terug keerde in uniform was eind 1920. Hij vervulde hier de taak als luitenant in het beroepsleger. Tien jaar later stapte hij over naar de Cavalerie en diende in de Kanaalzone en Pennsylvania. Maurice vervulde in 1941 verschillende vredestaken in Fort Douglas, Fort Benning, Fort Logan en in de State College van Kansas. Bij de laatst genoemde had hij de functie van instructeur van het trainingskorps van Op de Netherlands American Cemetery and Memorial in Margraten ligt één generaal begraven. Majoor-generaal Maurice Rose. Een man van 45 jaar oud. Veteraan van de Eerste Wereldoorlog en gestorven in Paderborn, op Duits grondgebied. De levensloop van Majoor-Generaal Rose Generaal Rose is geboren op 26 november 1899 in Middletown, Conecticut, zijn ouders waren Joods en van Poolse afkomst en zes jaar voor Maurice’ geboorte naar de Verenigde Staten geëmigreerd. Maurice ging in Denver naar de East High School. Hier werd het leidinggevend vermogen en fotografisch geheugen ontdekt, iets wat als militair zeer goed van pas komt. Alleen al het lezen van kaarten werd hierdoor al een stuk vereenvoudigd. Begin 1943 ontving hij de Zilveren Ster en promoveerde tot Kolonel, dit omdat hij met de divisie deelnam aan de Noord-Afrikaanse Campagne. Later dat jaar vocht hij in Tunesië. Hier kwam hij in aanraking met het eerste grote Duitse leger dat zichzelf overgaf. Wederom sleepte Rose een promotie in de wacht, hij werd nu Brigadier-Generaal. Ook kreeg hij zijn tweede Zilveren Ster. In hetzelfde jaar was hij inmiddels in rang bevorderd tot majoor. Een jaar later, 1942, was hij Luitenant-kolonel en strafchef van de 2e Patserdivisie in Fort Benning. reserveofficieren.

MAJOOR-GENERAAL MAURICE ROSE

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

33

In november vertrok hij naar Engeland om hier mee te werken aan de voorbereiding van de Invasie op Frankrijk. Hierbij landde hij met zijn 2e Pantserdivisie op 8 juni 1944 in Normandië. Op 7 augustus kreeg hij vervolgens de leiding over de 3e Pantserdivisie, waarop hij promoveerde tot majoor-generaal. Hier werd hij steeds bekend om zijn agressieve stijl van leidinggeven. Zijn divisie wist enorm snel op de rukken. Ze legden meer dan 150 kilometer binnen één dag af, wat een record was voor de moderne oorlogsvoering. Hierdoor kreeg zijn divisie de bijnaam ‘Spearhead’. Hij trok naar de Belgische grens, waarop hij vervolgens binnen één dag de stad Mons bevrijdde, een dag waarop hij ook nog eens duizenden Duitse soldaten gevangen nam. Rose´ tijdelijke begrafenis nabij het Snel trok zijn divisie door naar Duitsland. Hier had hij de eer om als eerste een Duitse stad in geallieerde handen te krijgen. De stad Roetgen, aan de Belgische grens. Vanuit hier stormde hij door naar de Siegfried Linie. Zijn divisie was ook de eerste die deze linie bereikte. Op 18 december trokken ze terug naar België, naar de Ardennen, om zo te helpen hier een Duitse doorbraak te voorkomen. Na het Ardennenoffensief trok hij terug naar Duitsland, in maart kwam hij aan in Keulen. Op 25 maart kon zijn 3e Pantserdivisie eindelijk de Rijn oversteken. Hij kreeg de leiding over de aanval op het Ruhrgebied, het industriële hart van Duitsland. Deze opmars ging de geschiedenisboeken in als record. Hij trok op 29 maart meer dan 145 kilometer dwars door dit gebied. De grootste opmars binnen één dag door vijandelijk grondgebied van de mobiele oorlogsvoering. De belangrijkste overwinning hierin was de verovering van de stad Aken. Rose’ dood Een dag na zijn gigantische opmars, trok Rose met zijn legergroep door het bosrijke gebied vlak onder de stad Paderborn. Zijn legergroep bestond uit een tank voorop, een Jeep voor die van Rose en hier achter nog een gepantserde auto. Hierbij reed er nog een motor mee. Hun colonne werd aangevallen door Duitse Tiger-tanks. De voorste Jeep werd direct onder vuur genomen en dus vernietigd. Rose en zijn bemanning sprong in een sloot. Hierna probeerde ze via een zijweg met hun Jeep te vluchten, maar al gauw kwamen ze er achter dat ze geheel omsingeld waren door Tigertanks. Bij een vluchtpoging kwam hun Jeep tot stilstand tegen een boom. Hierna opende het luik van de Tigertank, Rose greep naar zijn holster. Dit kon zijn voor over te geven of terug te vechten. Al lijkt het de meeste realistische optie dat hij zich wilde Duitse Ippenbach.

34

Rose´graf in margraten.

overgeven. Op deze beweging besloot een Duitser vanuit de tank meerdere malen op hem te schieten en hij werd geraakt in zijn hoofd. Hierdoor overleed majoor-generaal Rose ter plekke. De tankbemanning heeft nooit doorgehad dat ze een generaal hadden doodgeschoten, want al zijn persoonlijke papieren hebben ze niet verwijderd na zijn dood, de Duitsers hadden deze dus niet ter inzage genomen. Nadat zijn troepen zijn lichaam hadden gevonden, werd hij tijdelijk begraven in de buurt van Ippenbach, Duitsland, waarna hij tenslotte werd herbegraven in Margraten. Rose was de hoogste Amerikaanse soldaat die op Europees grondgebied is omgekomen door vijandelijk vuur tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Een generaal die veel bereikt heeft en geliefd was binnen het Amerikaanse leger. Rose´ graf Aanvankelijk werd gedacht dat generaal Rose een Jood was, vanwege zijn Joodse ouders. Dus kreeg hij in eerste instantie een Davidster in plaats van een Latijns Kruis. Later kwam men er achter dat Rose in 1918 al bekeerd was tot het protestantisme en in 1941 weer was overgestapt naar het Episcopaal Christelijk geloof, laatst 1949 werd de davidster al weer snel verwisseld voor een Latijns Kruis. Het graf van Rose is helemaal op de eerste rij, het eerste graf van vak C, dus makkelijk te bereiken voor bezoekers.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

35

36

EEN BRIEF NAAR HUIS
Wanneer het overlijden van een Amerikaanse militair in de Tweede Wereldoorlog bekend werd, kwam de inlichting aan de nabestaande via een telegram. Een voorbeeld van zulk telegram is hier te zien. Deze telegrammen werden verstuurd via het Amerikaanse communicatiebedrijf “Western Union”. In deze brief staat kort de naam en rang van de gesneuvelde militair vernoemd met de plaats en datum van overlijden. Kenmerkend van deze telegrammen is dat ze relatief kort zijn, er staan alleen kort de feitelijke gegevens in genoemd.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

37

MEMORIAL DAY EN ANDERE GEDENKDAGEN
Op 30 mei 1945 vond tijdens Memorial Day de eerste grote herdenking plaats in Margraten. Memorial Day is een Amerikaanse feest- en gedenkdag, op deze dag worden alle militairen herdacht die voor het vaderland zijn gestorven. De gedenkdag ontstond om alle militairen te herdenken die tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog voor de Unie stierven. Memorial Day werd na de Eerste Wereldoorlog uitgebreid, vanaf dat moment werden alle militairen herdacht die voor hun land het leven hebben gelaten. Memorial Day wordt gehouden op de laatste maandag van mei. Memorial Day 1945 De vraag om een bloemetje te schenken werd in Limburg massaal beantwoord en er waren op 30 mei 1945 verschillende vrachtwagens nodig om voorafgaand de bloemen naar de begraafplaats te brengen. De belangstelling voor Memorial Day was in het zuiden van Limburg erg groot, er trokken grote aantallen mensen naar de begraafplaats. Tijdens de herdenking werden kransen gelegd door William H. Simpson, aanvoerden van het 9e leger, en andere hoge officieren. Er werd een mis op gedragen door bisschop J.H.G. Lemmens van Roermond. De Nederlandse aandacht Voorafgaand aan Memorial Day 1946 kondigden Amerikaanse legerautoriteiten aan dat burgers pas na afloop van de officiële plechtigheden bloemen mochten plaatsen op de begraafplaats. Volgens de legerautoriteiten was het spontane Nederlandse aandeel in de plechtigheden niet passend met het militaire protocol. Het zorgde voor veel onbegrip Limburg De jaarlijkse herdenkingen vonden telkens plaats in aanwezigheid van militaire en burgerlijke autoriteiten uit beiden landen. Daarbij was Limburg steeds nadrukkelijk en door de late bekendmaking voor veel problemen voor mensen die bloemen wilde leggen. De New York Times sprak van een ware blunder en noemde het een belediging naar de Nederlandse vrienden van de Amerikanen. Onder toenemende druk werd het besluit teruggedraaid. De Amerikaanse ambassade en Joseph T. McNarney nodigden eind mei 1946 tal van Nederlandse autoriteiten uit. Prins Bernhard, de chef van de Generale Staf, de ministers van Oorlog en Buitenlandse Zaken en de commissaris van de koningin werden met open armen ontvangen op Memorial Day. Memorial Day 1945 in Margraten

38

vertegenwoordigd. Op Memorial Day 1957 spraken de Amerikaanse ambassadeur H. Freeman Matthews en commissaris van de koningin dr. F. Houben in aanwezigheid van enkele duizenden belangstellenden. De ambassadeur bedankte het Nederlandse volk, in het bijzonder de Limburgers, voor hun eerbetoon aan de Amerikaanse gevallen. Waarop F. Houben benadrukte dat de Amerikaanse gevallenen nooit vergeten mochten worden. Beide volksliederen en saluutschoten klonken over de begraafplaats. Tevens werden er bloemen en kransen gelegd. Koude oorlog ‘De gesneuvelden houden ons een spiegel voor om oorlogen uit te bannen. Daartoe worden thans gelukkig in Oost en West plannen gesmeed’ Citaat van Sj. Kremers, commissaris van de

koningin in Limburg, tijdens Memorial Day. Met betrekking tot het feit dat de spanningen tussen de machtsblokken in de Koude Oorlog afnam, met de leiders Gorbatsjov en Reagen. Jubileumjaar In de 1994 werd, los van Memorial Day, op 14 september het jubileum van de vijftigste verjaardag van de bevrijding van Zuid-Limburg herdacht. Na aankomst van een symbolische fakkel met het bevrijdingsvuur bood de Amerikaanse veteranenorganisatie AMVETS een carillon aan, het vuur was een symbolische versterking tussen Nederland en Verenigde Staten. De veteranen die waren overgekomen voor deze gelegenheid werden hartelijk ontvangen. Ze verzamelde zich twee dagen later opnieuw in Margraten voor een zeldzame gebeurtenis: de begrafenis van de in 1944

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

39

Het bezoek van president Bush aan de begraafplaats in Margraten gesneuvelde luitenant Willis A. Utecht van de 82nd Airborne Division, waarvan de lichaamsresten onlangs waren terug gevonden. Memorial Day 2004 trok opnieuw een groot aantal belangstellenden, onder wie ongeveer 350 bejaarde Americkaanse veteranen, het was bijna zestig jaar na D-day en de bevrijding van Zuid-Limburg. De woorden van de Amerikaanse ambassadeur Clifford M. Sobel klonken over de begraafplaats; ‘You understand why we stood together some 60 years ago and why we stand together today to challenge those who would challenge freedom.’ Daarmee lagen de parallellen met de strijd in Irak en Afghanistan voor de hand. George W. Bush Op 8 mei 2005 bracht de Amerikaanse president George W. Bush een bezoek aan de militaire begraafplaats in Margraten, de bezoekers aantallen leden niet onder de slechte verhouding die de pers die Bush op dat moment had. De bezoekers Margraten en omstreken werd streng beveiligd, maar in Amsterdam en Maastricht vonden protestdemonstraties plaats. Een actiegroep wist de presidentiële route te voorzien van witte kruisen met spreuken als ‘A murderer comes to town’. Een zegsman van de gemeente Margraten stelde dat het bezoek vooral werd opgevat als een erkenning voor de inzet van de plaatselijke bewoners: ‘Everybody has ther own opinion of George W. Bush and his politics but that is not the most important thing now’. De plechtigheid, waar president Bush werd ontvangen door onze koningin Beatrix, was indrukwekkend. Zeker tienduizend genodigden waren aanwezig, onder wie veel adoptanten en veteranen. In de toespraak van toenmalig Minister-president J.P. Balkenende werd aantallen bleven jaarlijks rond de 400.000. President Bush kreeg in die tijd veel commentaar op het beleid van War on Terror Irak, de solistische en minder populaire optredens van de Amerikanen werd alom verdeeld geïnterpreteerd.

40

nadrukkelijk het gezegd dat Europa bevrijd was door de samenwerkende geallieerden. Met dank aan Amerika en de Amerikaanse soldaten die voor de vrijheid hebben gevochten. Bush benadrukte vervolgens nog dat Nederland en de Verenigde Staten een speciale band hebben. De president van Amerika bedankte de adoptiefamilies voor hun goede zorgen voor de graven, ‘Your kindness has brought comfort to thousands of American families separated from their loved ones here by an ocean.’ Volgens Bush vochten de omgekomen soldaten voor de vrijheid en redden zo de vrije wereld, vrijheid was immers het geboorterecht van de mensheid. Bush’ nadruk op het verleden van beide landen werd hartelijk ontvangen, tevens de dankbetuiging voor de goede zorgen voor de soldatengraven deed de huidige kritiek op de president duidelijk verminderen. Minister Verhagen van Buitenlandse zaken ging daar op Memorial Day 2008 op voort: ‘ Vandaag herdenken we het verlies van Amerikaanse levens in de strijd voor de vrijheid. Morgen zetten we diezelfde strijd voor de vrijheid samen voort.’ De Limburgse gouverneur Frissen wees er die zelfde dag nog op dat Margraten een belangrijk stuk uit de Limburgse geschiedenis vertegenwoordigt. Toespraak van president Bush in Margraten bij de Memorial Day in 2005

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

41

BEHEER BEGRAAFPLAATS MARGRATEN
American Battle Monuments Commission De American Battle Monuments Commission is de beheerder van de Amerikaanse begraafplaats in Margraten. Deze commissie is in 1923 opgericht door het Amerikaanse congres en is een onderdeel van de Amerikaanse federale overheid. Deze organisatie is verantwoordelijk voor herdenkingsdiensten ter ere van de Amerikaanse oorlogsveteranen, voor de bouw en het onderhoud van Amerikaanse oorlogsmonumenten en oorlogsgraven die gelegen zijn in andere landen. De organisatie is verantwoordelijk voor vierentwintig begraafplaatsen verspreid over de hele wereld, de begraafplaatsen die hiervan in Europa liggen, betreffen allemaal erevelden van de Eerste Wereldoorlog en Tweede Wereldoorlog. De Netherlands American Cemetery and Memorial is een van deze vierentwingtig begraafplaatsen die door de AMBC onderhouden wordt. Het personeel van de begraafplaats behoort ook onder het ABMC. Onder het personeel in Margraten vallen onderhoudsmedewerkers, zij verzorgen de gehele begraafplaats, maar ook in het bezoekerscentrum is personeel aanwezig, voor de informatievoorziening en het administratieve werk. Adoptiegraven Voor burgers is er de mogelijkheid een graf te adopteren op de Amerikaanse begraafplaats in Margraten. Onder de taken van iemand die een graf heeft geadopteerd, valt de verzorging van het graf. Verzorging van het graf wordt een regelmatig bezoek aan het graf verwacht, af en toe een bloemetje bij het graf leggen, maar dit voornamelijk bij gedenkdagen. Het contact Deze adoptieregeling vloeit voort uit de zorg die de plaatselijke bevolking in het beginjaar van de begraafplaats gaf als eer voor de bevrijders. Door de massale interesse van de burgerbevolking in Margraten en omgeving werd een adoptieregeling bedacht, waardoor personen dus hun eigen graf toegewezen kregen, om deze te verzorgen en eventueel ook contact te onderhouden met de nabestaanden van de gesneuvelde. Dit bleek zulk groot succes te zijn, dat dit idee nog altijd stand heeft gehouden en ook door andere Amerikaanse begraafplaatsen is overgenomen. Voor nabestaanden is dit idee heel erg waardevol, omdat zij weten dat er aan de andere kant van de oceaan ook aandacht aan hun familielid gegeven wordt. onderhouden met de familie van jouw soldaat behoort ook tot de taken van iemand die een graf adopteerd. Het logo van de American Battle Monuments Commission

42

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

43

militaire begraafplaats ysselsteyn

44

HISTORIE BEGRAAFPLAATS
In de Tweede wereldoorlog zijn er maar liefst 5,5 miljoen Duitse militaire gesneuveld. In de Tweede Wereldoorlog is er ook op Nederlands grondgebied veel gevochten, waarbij veel slachtoffers zijn gevallen. Onder de slachtoffers waren geallieerde soldaten, Duitse soldaten, maar ook burgerslachtoffers. De gesneuvelden zijn tijdens en na de oorlog op verschillende plaatsen begraven. In Ysselsteyn (Noord-Limburg) ligt de enige Duitse begraafplaats van Nederland. Locatie In de jaren ‘44 en ‘45 waren de Amerikaanse soldaten al druk bezig met het begraven van hun kameraden. De Amerikaanse gravendienst kwam ook gesneuvelde Duitse militairen tegen. Deze mannen hebben zij ook begraven, op afzonderlijk gelegen plaatsen van hun eigen begraafplaats in Margraten. In 1946 is de Duitse begraafplaats in Ysselsteyn aangelegd door de Nederlandse overheid. De overheid was op zoek naar een geschikte locatie voor de Duitse militaire begraafplaats, deze zou waarschijnlijk in Limburg komen te liggen, omdat er in Limburg veel gevochten is en omdat Limburg een goed verbindingsgebied van Nederland met Duitsland is. In Ysselsteyn lag er bij natuurgebied De Peel een 17 hectare groot stuk grond. Het gebied in Ysselsteyn was toentertijd onbruikbaar voor agrarische doeleinden. De grond was heuvelachtig en zwak. Het was onbruikbaar voor huizen te bouwen of voor een boerderij. Omdat de grond voor andere doeleinden slecht geschikt was heeft de overheid deze grond ter beschikking gesteld voor een centrale begraafplaats voor Duitse militairen. Op de begraafplaats zouden alle Duitse

gesneuvelden worden begraven die op Nederlands grondgebied sneuvelden. Alle verzamelkerkhoven werden langzamerhand steeds kleiner, omdat alle Duitse gesneuvelde militairen in Nederland in Ysselsteyn werden begraven. De gesneuvelden kwamen vanuit alle hoeken in Nederland. Vanuit Margraten kwamen maar liefst 3000 militairen, ze werden door de Amerikaanse gravendienst vanuit Margraten naar Ysselsteyn gebracht. Ter aarde stelling De gesneuvelde militairen die binnen kwamen werden begraven op volgorde van binnenkomst. Op de begraafplaats is men vooraan begonnen met de eerste soldaten die binnen kwamen, de daarop volgende soldaten werden daar achter begraven. De eerste soldaat die begraven werd was Johan Siegel. Johan Siegel ligt op graf A 1-1. dat wil zeggen dat hij in het eerst blok ligt, blok A, in rij 1 en dat hij nummer 1 van de rij is. De begraafplaats is uiteindelijk op gedeeld in 106 blokken met 12 rijen, met telkens 25 personen per rij. De soldaten die binnen kwamen moesten eerst worden geïdentificeerd. Deze identificatie was een moeilijke klus, omdat van veel slachtoffers geen gegevens waren gevonden of doordat de gesneuvelden ernstig verminkt waren. De identificatie gebeurde door middel van het vaststellen van de leeftijd, de grootte, tandbeeld, herkenningsmerk en vindplaats. Door deze gegevens te vergelijken met de gegevens van opsporingsaanvragen van nabestaanden werd de identiteit van een lichaam vastgesteld. Nadat de identiteit was vastgesteld van een soldaat werd dit geregistreerd. Van de gegevens die bekend waren, werden de naam, rang, geboorte- en sterf datum op de grafkruisen genoteerd. Bij de registratie

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

45

werd genoteerd welke gegevens bij welk graf toe behoorden. Soldaten waarvan de identiteit niet meer te achterhalen was, werden begraven onder een graf met het opschrift ‘Ein Deutscher soldat’ of ‘ Ein unbekante Deutsche Soldat’. Deze soldaten heeft men nooit meer kunnen identificeren, er zijn ongeveer 6000 onbekende soldaten op de begraafplaats. In de oorlog zijn de Duitse slachtoffers op veel verschillende plaatsen begraven, vaak met meer tegelijk in een graf. Toen men na de oorlog de soldaten weer wilde opgraven wist men niet welke lichaamsdelen bij elkaar hoorden en bij welke naam deze hoorden. Je moet hierbij denken aan soldaten die in een tank of een vliegtuig overleden zijn. Bij het opgraven en het herbegraven in Ysselsteyn zijn de soldaten in de zogenoemde kameradengraven begraven. In deze graven liggen meerdere soldaten bij elkaar in 1 graf. Ook is er een graf met 2 kruisen, hiervan waren de lichaamsdelen niet meer te onderscheiden, ze zijn beide in 1 graf gestopt met twee kruisen. In de jaren na de oorlog zijn er meer dan 30.000 soldaten naar Ysselsteyn gebracht. Het aantal liep op tot 31.585. Het aantal is in de afgelopen jaren echter nog boven de 32.000 gekomen. Steeds als er ergens in Nederland nog Duitse militairen worden gevonden worden deze naar Ysselsteyn gebracht en begraven. Op de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn liggen ook 85 slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog. Deze zijn echter niet op Nederlands grond gebied gestorven. De soldaten uit de Eerste Wereldoorlog zijn voor de Tweede Wereldoorlog in Nederland aangespoeld. In Nederland is er Andere Nationaliteiten Er liggen in Ysselsteyn niet alleen Duitse soldaten, er liggen ook gesneuvelden van andere nationaliteiten. In totaal liggen er ongeveer 300 voormalige Nederlandse staatsburgers. Bij deze mensen heeft de regering achteraf het Nederlandse staatsburgerschap onttrokken, omdat ze als landverraders werden aangekeken. in de Eerste Wereldoorlog niet gevochten, de gesneuvelden zijn ergens in Limburg bij de Maas aangespoeld, de soldaten zijn waarschijnlijk in België gesneuveld en met de Maas mee gestroomd. Ook zijn er soldaten bij de kust gebieden aangespoeld. De soldaten zijn later allemaal begraven in Ysselsteyn. De gesneuvelde uit de Eerste Wereldoorlog zijn tijdens de aanleg van de begraafplaats verplaats naar Ysselsteyn.

46

Er werden niet alleen Duitse soldaten begraven, maar ook burgers en sommige soldaten van een andere nationaliteit, die voor de Duitsers hebben gevochten. Waarom de burgers in Ysselsteyn liggen begraven is nooit helemaal opgehelderd. Veel van de burgers, waarvan veel vrouwen en kinderen, zijn waarschijnlijk in Den Haag en in Vught gestorven. In september 1944 werden krijgsgevangen, NSB’ers en andere van collaboratie verdachte Nederlanders naar kamp Vught gebracht. Daarnaast zijn er naar schatting zo’n 8000 Duitse moeders, bejaarden kinderen naar Vught overgebracht, Vught lag toen al op bevrijd grondgebied. De burgers waren afkomstig uit het gebied vlak over de grens bij Sittard. Zij bevonden zich eind 1944 in de frontlinie. De Britten hebben ze gevangen genomen en naar kampen gestuurd. Bovendien hadden de Britten onderkomen nodig en hebben ze met dat doel

Foto’s uit de begintijd van de begraafplaats

hun huizen ingevorderd. Door de zeer barre omstandigheden in Vught zijn er 189 mensen gestroven. In 1948, drie jaar na het einde van de oorlog, werd kapitein Lodewijk Timmermas beheerder van de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn. In 1976 nam de Duitse Volksbond de begraafplaats over, nadat kapitein Timmermans met pensioen is gegaan. De Deutsche Volksbund ging verder met het succesvolle werk dat geleverd is door de Nederlandse oorlogsgravenstichting.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

47

DE OPBOUW VAN DE BEGRAAFPLAATS
Als je in het afgelegen Peelgebied bij het kleine dorp Ysselsteyn bent, kom je bij de grootste militaire begraafplaats van Nederland. De begraafplaats ligt verstopt achter de bomen van de Peel. Deze begraafplaats heeft een grootte van 28 hectare. De begraafplaats is gelegen aan de Timmermansweg in Ysselsteyn, zelfs als je de parkeerplaats ziet zou je nog geen idee hebben wat hier achter schuilt. Een pad achter deze parkeerplaats leidt je vervolgens naar het begin van de begraafplaats. Aan de linkerzijde van het pad kom je bij een klein informatiecentrum, het gaat hier om een klein wit gebouw. Hier zijn folders te vinden en ook de registratieboeken waarin alle namen liggen, met de ligging op de begraafplaats erbij. Achter het informatie gebouw ligt het ereveld. Als je het ereveld op komt zie je meteen links een informatiebord, waarop in het Duits en ook in het Nederlands uitleg is te vinden over de begraafplaats Helemaal vooraan is een kringvormige rij kruisen, de achtentachtig slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog die in Ysselsteyn begraven liggen, hebben vooraan een plek gekregen. Met in het midden een kleine heuvel die fungeert als gezamenlijk graf, waar een aantal van de gesneuvelde van de Eerste Wereldoorlog onder begraven liggen. Van deze gesneuvelden was de identiteit onbekend of waren de lichaamsdelen niet meer te onderscheiden. Na de rustplaats voor de gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog begint de begraafplaats De Ginkgoboom van Ysselsteyn

48

Het centrale middelpunt

voor de gesneuvelde uit de Tweede Wereldoorlog. Totaal zijn er 116 vakken, deze tellen een opbouw van 12 rijen lang, die ieder 25 graven breed zijn. Hierbij komt het er dus op neer dat alle grote vakken 300 graven tellen. Met het aanleggen van de begraafplaats zijn ze begonnen met vak A, ze dachten immers met 26 vakken genoeg te hebben. Deze voorspelling bleek ietwat naïef te zijn. Toen jaren later alle vakken aangelegd waren bleek de logica te zijn verdwenen. De nummering van de vakken was nauwelijks nog een volgorde. Dit had er alles mee te maken dat de begraafplaats opvolgorde van binnenkomst was aangelegd. Dit was bepalend voor de naamgeving van het vak. Ginkgoboom Rechts vooraan op de begraafplaats vind je de Japanse Notenboom, ook wel Ginkgoboom genoemd. Deze boom is vijftig jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog gepland, op 8 mei 1995. Deze boom staat symbool voor hoop. Een boom van dit soort was de eerste die bloeide in

de stad Hiroshima in Japan na de atoomaanval op deze stad in 1945, die door de Amerikanen was uitgevoerd om een einde te maken aan de oorlog. Door dit opmerkelijke verschijnsel is deze boom het symbool voor hoop geworden. Daarom staat ook in Ysselsteyn een boom van deze soort. Centrale gedenkplaats In het midden van de begraafplaats is een lang klinkerpad, met aan weerszijde bomen. Achter deze bomen zijn de vakken vol kruizen van de gesneuvelden. In het midden van het ereveld is de centrale gedenkplaats. Hier staat een groot kruis op een ronde plek, omringt door een stenen muurtje. Op een van deze stenen vind je de tekst: “Op deze begraafplaats rusten 31.585 Duitse militairen”. Dit getal is inmiddels niet meer actueel, het aantal is inmiddels gestegen boven de 32.000. Meestal zijn er vele kaarsjes te vinden op deze plek, wat een teken is dat de begraafplaats nog altijd leeft onder de bezoekers.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

49

De begraafplaats gezien vanuit een van de vijvers

Aan beide kanten van deze centrale plaats zijn twee brede paden. Aan de linkerzijde van de centrale gedenkplaats staat het klokkenspel, dat ieder half uur een Duits gedenklied afspeelt. Het klokkenspel is ontstaan uit een initiatief van de moeder van de soldaat Zitzewicz, die vooraan op de begraafplaats begraven is. Bij de ingang was eerst een klok, zij vond het echter jammer dat de klok achter op de begraafplaats niet te horen was. Zij is begonnen met een geldinzamelingsactie, om hier een klokkenspel te plaatsen. Op dit pad staat ook de gedenksteen van Lodewijk Johannes Timmermans, de voormalig

begraafplaatsonderhouder, die ook zijn laatste rustplek hier verkregen heeft. Er zijn ook een aantal gezamenlijke graven te vinden aan deze zijpaden. Aan beide kanten van de paden, zijn verder naar achter toe vijvers te vinden. Deze liggen verscholen achter bomen en struiken achter de lange rijen kruisen. Vanaf de binnenkomst van de begraafplaats tot het einde van de begraafplaats is het 800 meter lopen. Helemaal achteraan is misschien pas duidelijk hoe immens groot de begraafplaats is, deze grootte is niet in getallen uit te drukken.

50

Het klokkenspel

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

51

LODEWIJK JOHANNES TIMMERMANS
Lodewijk Timmermans, geboren op 4 april 1916, was een Nederlands verzetsstrijder en is tevens in dienst geweest van het Nederlandse leger. Maar Timmermans wordt na zijn dood vooral gezien als de ‘vader van de militaire begraafplaats’ of zoals hij bij de Duitsers bekend staat ‘Vater des Soldatenfriedhofes’ van de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn. Verzet, herstel en verandering In de meidagen van 1940 heeft Lodewijk Timmermans dienst gedaan voor het Nederlandse leger, na de dienst sloot Timmermans zich aan bij een Nederlandse verzetgroep. In de jaren bij de verzetsgroep heeft hij zich verzet tegen de Duitse bezetting van Nederland. In 1945, na de capitulatie van het Duitse rijk, is Timmermans opgenomen in het Amerikaanse leger. Bij het Amerikaanse leger is hij bevorderd tot luitenant en kwam bij de mijnopruimingsdienst. Bij een opruimingsactie stapte Timmermans op een houtmijn, bij dit

ongeluk verloor hij deels zicht aan beide ogen. Timmermans is hierna opgenomen en enige tijd verbleven in een Canadees verpleegtehuis, waar hij naast Canadese, Amerikaanse, Nederlandse en Belgische soldaten, ook Duitse soldaten heeft ontmoet. In het bijzonder met een Duitse jonge soldaat. Met deze soldaat heeft hij in die tijd en ook na zijn tijd in het verpleegtehuis een ware band opgebouwd. In de gesprekken tussen de Duitse soldaat en Timmermans werd het beeld van de Duitse soldaten bij Timmermans grotendeels veranderd. De vooroordelen die Lodewijk Timmermans over Duitse soldaten had, trokken tijdens de gesprekken weg. Niet alle Duitse soldaten waren slecht. Timmermans realiseerde zich dat er veel jonge soldaten geheel onvrijwillig de oorlog in werden gestuurd. De jonge Duitse soldaat is na zijn revalidatie blijven zorgen voor Timmermans. Echter is de jonge Duitser later vertrokken waarna Timmermans de jongen nooit meer gezien heeft. Inzet voor de begraafplaats

52

over de gesneuvelde soldaten op de begraafplaats. Kapitein Timmermans is een belangrijk persoon geweest voor de verbetering van de DuitsNederlandse betrekking. Oprichting Jeugdontmoetingen Samen met de Beierse pastoor en de voormalige pastoor uit Ysselsteyn organiseerde hij de eerste jeugdontmoetingen in de buurt van de begraafplaats. Deze jeugdontmoetingen zijn het begin voor wat later het JeugdontmoetingsCentrum Ysselsteyn (JOC-Ysselsteyn) werd. Het Jeugdontmoetingscentrum houd zich o.a. bezig met vredeseducatie, politiek en de begraafplaats. Meer over het JOC-Ysselsteyn is te vinden verder op in dit werkstuk. Voor de verdienste die Lodewijk Timmermans leverde werd hij benoemd tot Kapitein en kreeg tevens tijdelijk het beheer van de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn. Echter mocht het tijdelijke beheer maarliefst 28 jaar duren. De meeste soldaten op de begraafplaats zijn tussen de 17 en 20 jaar oud, de jonge soldaat waar Kapitein Timmermans mee was omgegaan was ook ongeveer zo oud. Doordat de gesprekken Timmermans beeld over de Duitsers had veranderd en een ander zicht op de oorlog had gegeven zette hij zich in voor de opbouw van de begraafplaats. Volgens hem verdiende deze ‘vijandelijke’ soldaten ook een rustplaats. Tussen 1948 en 1976 was hij beheerder van de begraafplaat en gids voor bezoekers. Kapitein Timmermans heeft meegeholpen met het aanleggen van vele graven, hij hielp mee met het identificeren van soldaten en verzorgde de graven. Kapitein Timmermans heeft ook veel families geïnformeerd over de gesneuvelden die in Ysselsteyn liggen. Zo hield hij contact met familieleden en kwam meer informatie te weten Overleiden In 1995 is Kapitein Lodewijk Johannes Timmermans overleden. De laatste wens die hij had was dat zijn as op de begraafplaats werd uitgestrooid. Dit werd in 1995 dan ook gedaan. In de buurt van de centrale herdenkingsplaats is een herdenksteen geplaatst voor Timmermans. De oprijlaan naar de begraafplaats is naar Kapitein Timmermans vernoemd.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

53

zijn betiteld met ‘Ein Deutscher Soldat’. Al zijn er ook enkele graven betiteld met ‘Ein Unbekannter Deutscher Soldat’ en nog enkele andere titels. Dit heeft er mee te maken dat de eisen in Duitsland door de jaren heen gewijzigd zijn omtrent de begraafplaatsregelingen. Ook zijn er graven waar meerdere soldaten samen onder een kruis liggen. Dit komt doordat deze lichamen dan samen zijn gevonden. Als de lichamen niet meer van elkaar te onderscheiden waren, kregen zij een gezamenlijk graf. Een voorbeeld hiervan is de soldaat Theodorus Gebbinck en een onbekende soldaat Unteroffizier Johann Siegel heeft het allereerste

DE PERSONEN ACHTER DE KRUISEN IN YSSELSTEYN
De Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn grootste militaire kerkhof van Nederland. Het telt bijna 32.000 kruisen, een precies getal is niet bekend, omdat er nog jaarlijks nieuwe graven bijkomen. De laatste telling gaat uit van 31.598 gesneuvelde in Ysselsteyn. Een grote verscheidenheid aan personen is hier te vinden. Van kleuter tot bejaarde mannen, alle kregen zij een plek op dit ereveld. Het speciale aan de begraafplaats aan Ysselsteyn is sowieso al de verscheidenheid aan personen. Er zijn op dit kerkhof 88 slachtoffers te vinden van de Eerste Wereldoorlog. Deze mensen zijn allemaal hier begraven toen besloten werd dat Duitsers op grote begraafplaatsen moesten komen liggen. De slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog zijn zodoende bij die van de Tweede Wereldoorlog terecht gekomen. De begraafplaats in Ysselsteyn telt een groot aantal ongeïdentificeerde slachtoffers. Circa 6000 graven

graf van de begraafplaats. Hij heeft graf A1-1. Iedereen werd op basis van binnenkomst begraven op het ereveld. Het eerste stoffelijk overschot dat binnenkwam kreeg het eerste graf, zo is het bij alle vakken gegaan. Het ereveld in Ysselsteyn telt vele graven, deze zijn echter niet alleen van Duitse van gesneuvelden, er liggen ook soldaten uit Nederland en andere nationaliteiten. Het gaat hier dan om bijvoorbeeld Nederlanders die in de oorlog vochten aan Duitse zijde. Naar schatting liggen er zo’n driehonderd militairen van Nederlandse afkomst op deze begraafplaats. Maar er zijn ook zo’n zelfde gevallen met een andere afkomst. Deze zijn vaak makkelijk af te lezen door de naam die er op het kruis staat. In het midden van de begraafplaats ligt een rij met gezamenlijke graven. Hier ligt een groter aantal slachtoffers samen in een graf begraven. Deze graven hebben geen Latijns Kruis, maar een grote gedenksteen, waarop de namen staan vermeld. Dit zijn de zogenoemde kameradengraven, deze soldaten kon men niet meer van elkaar scheiden.

54

Het eerste graf van het ereveld, van Johann Siegel Dat zijn bijvoorbeeld manschappen die samen in een tank of vliegtuig overleden zijn. Er zijn ook kameradengraven waar de soldaten een andere sterfdata hebben. De reden is dat er soldaten werden begraven werden in gebieden waar meermaals gevochten werd. Er werden soldaten bij elkaar begraven en bijvoorbeeld een paar dagen later werden er weer soldaten bij begraven. Toen men na de oorlog deze graven naar Ysselsteyn wilde verplaatsen, kon men iet meer achterhalen welk lichaamsdelen bij welk persoon behoorde. Op vak AX zijn veel graven te vinden van Duitse oorlogsslachtoffers die niet militair waren. Zo liggen hier een moeder en dochter, Bertha en Maria Nussdorfer. Zij hebben twee grafstenen vlak naast elkaar gekregen. In ditzelfde vak ligt een heel opmerkelijk graf. Het gaat hier om Josef Meijer. Een jongetje dat slechts een dag oud geworden is. Hij is 20 februari 1945 gebeuren en de 21e alweer

De graven van moeder en dochter Nussdorfer

overleden. Van een aantal van deze burgers weten we dat ze van Kamp Vught kwamen, waar naast NSB’ers, krijgsgevangenen en andere verdachte Nederlanders ook naar schatting 8000 Duitse burgers zaten, zijn overgebracht naar Kamp Vught. Door de zeer barre omstandigheden zijn er in Kamp Vught 189 evacués gestorven. Vak AX telt vele vrouwelijke en ook vele jonge oorlogsslachtoffers. Op vak TE kan de begraafplaats nog altijd uitgebreid worden. Vrijwel jaarlijks worden er nog op de gekste plekken stoffelijke overschotten gevonden in Nederland die afkomstig blijken te zijn van Duitse militairen uit de Tweede Wereldoorlog. Deze worden dan alsnog met militaire eer begraven in Ysselsteyn. Het gaat hier wel vaak om militairen die ongeïdentificeerd begraven worden, identificatie is immers zeer moeilijk na zulke lange tijd.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

55

waar hij na een treinreis van 4 dagen aankwam in de Nederlandse stad Breda. Vanuit Breda marcheerde een groep jonge militaire, waaronder Harry, richting de gevechtslinie. Een tocht van 40 kilometer. Kort bij de gevechtslinie bouwden ze het tentenkamp op, iedereen dacht met een opgelucht gevoel enkele nachten en dagen te kunnen rusten. Maar tot de verontwaarding van de militairen werden ze ’s nachts om twee uur gewekt, ze konden het tentenkamp weer opruimen en moesten verder. Harry en de groep militairen marcheerden richting de gevechtslinie. De volgende dag, op 10 september, had de groep militairen de verkeerde weg genomen en zaten ze plotseling 300 meter van het front. Ze vonden ergens in de buurt gelukkig een veiligere plaats om hun tenten weer op te bouwen, deze plaats lag verder van de frontlinie af. De dagen erna bleef het rustig, er kwamen regelmatig Britse vliegtuigen over, maar ze ontdekten de Duitse militairen niet. In die dagen werd er vol op gezocht naar eten, ze vonden geiten, schapen, konijnen en nog wat fruit. Dit werd bereid om in de rustige dagen voorzien te zijn van eten. 18 september 1944 is het dan zover, de Engelse Harry Herrman is 16 jaar als hij bericht krijgt dat hij als een soldaat mee moet vechten met het Duitse Leger. De oorlog is dan al 5 jaar bezig en in al die jaren zijn er al veel Duitse mannen gestorven. Vandaar dat Harry Herrmann, net als vele andere kinderen van 16 en 17, wordt op geroepen om mee te vechten aan het front. Er waren niet meer voldoende volwassen mannen in Duitsland, waarop de Wehrmacht en de SS besloten alle bruikbare strijdkrachten in te zetten. Op 1 september 1944 moest Harry zich melden, de twee dagen daarop volgend kreeg hij zijn munitie en een schoudertas met spullen voor de dagelijkse gebruiken. Harry vertrok daarna met de trein naar Nederland, soldaten zijn aangekomen, het wordt een koude slapeloze nacht voor de jongens. Er wordt hevig gevochten, er sterven soldaten, er raken soldaten gewond en er worden een aantal soldaten gevangen genomen. Die dag was er flink gevochten aan het front. De volgende dag was er ‘s morgens vroeg om zes uur wederom een vuurgevecht, de rest van de dag bleef het echter rustig. De groep Duitse militairen kwamen maar niet vooruit, de onvolwassen soldaten waren niet op gewassen tegen een sterk getraind Brits leger . Er volgde weer een dag zonder gevechten, maar op 21 september barste de hel los. Er werd de hele dag en nacht door gevochten. De Engelse soldaten waren vele malen

KINDSOLDAAT HARRY HERRMAN

56

sterker dan de groep Duitse militairen. Ze waren sterk en getraind, ook hadden ze veel meer tanks en vliegtuigen ingezet. De groep jonge soldaten moest noodgedwongen terug trekken. Maar voor kindsoldaat Harry Herrmann was dit al te laat. Hij stierf op 22 september in St. Oedenrode. 26 sepbtember krijgt het gezin Herrmann, vader, moeder en zus, te horen dat hun zoon en broer gestorven is in een gevecht voor het vaderland. Harry was op 16 jarige leeftijd, maar 3 weken lang in het Duitse leger. Tijd voor een militaire opleiding was er niet, hij werd meteen naar het front gestuurd. Daar is Harry als kanonsvoer aan het einde van zijn leven gekomen.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

57

naaien, koken en huishoudelijke vaardigheden. Dit deed ze om goed voorbereidt te zijn op haar latere leven als huisvrouw en moeder. Arbeidsjaren Haar 20ste verjaardag vierde ze tijdens de Rijksarbeidsdienst (RAD). Ze werd hier toentertijd voor opgeroepen om tussen 3 april 1939 en 15 januari 1940 te werken bij de RAD. In het voorjaar van 1940 werkte Annelies voor haar eigen familie. Ze zorgde daar voor haar moeder, 3 broers, haar 17 jaar jongere zusje en haar tante Hanna. De tante Hanna was in verwachting van een derde kind. Ze woonde in Magdeburg en moest daar met 1 personeelslid de slagerij van haar man runnen, omdat haar man was opgeroepen voor de diensplicht. Toen Hanna voor de bevalling in de landelijke vrouwenkliniek in Magdenburg terecht kwam, nam Annelies de zorg voor haar nichtjes op zich. Daarnaast hielp ze ook in de slagerij mee, ze hielp de klanten en zorgde dat alles op rolletjes verliep. Met Kerst 1940 verloofde Anneliese zich met Erich Lesenberg uit Hamburg. Een grote en slanke man, die destijds soldaat in de Duitse Weermacht in Frankrijk was. Jeugd Anneliese Lehrman werd geboren op 14 juni 1919 op het Johannenhof bij Angern, als oudste van drie kinderen. Ze was de dochter van de leraar Friedrich Lehrmann en zijn vrouw Minna, Minna was geboren in Elfert en was een echte boeren dochter. Anneliese ging in 1925 naar de volksschool in Tangerhütte, waar het gezin inmiddels woonde. Na vier jaar op de volksschool gezeten te hebben, ging ze naar de MAVO/HAVO, die ze in het jaar 1935 succesvol heeft afgerond. Aansluitend leerde ze Anneliese ging een tijd op reis, eerst naar Hamburg om daar de familie van Erich te leren kennen en daarna naar Berlijn. In Berlijn zou ze haar tante Elly bezoeken, maar ging er in feite heen omdat Erich zich toen der tijd in Berlijn bevond. Hij was naar Berlijn verhuist om daar de cursus aan de infanterieschool in Döberitz te volgen. De ontmoeting met Erich destijds is de laatste geweest, want Erich werd in de oorlogsjaren naar Stalingrad gestuurd. Hier is hij niet meer van terug gekomen, in de strijd om Stalingrad is hij omgekomen.

ANNELIESE LEHRMANN 1919 – 1945

58

Oorlog Vanaf oktober 1941 werkte Anneliese op het vliegveld in Stendal. Omdat de oorlog alle mannen nodig had, moesten alle vrouwen in Duitsland het mannenwerk overnemen. Ze koos er voor om in de administratie te gaan werken en kwam in dienst op het vliegveld Stendal-Borstel. Hier was ze werkzaam als officier van de administratie. In de herfst van 1943 werd Anneliese overgeplaatst naar Nederland, daar stuurde ze brieven vanuit Arnhem, Zwolle, Meppel en de laatste vanuit Havelte. Ze zou in oktober 1944 terug naar huis reizen, maar enkel haar spullen kwamen aan in Duitsland. Thuis werd er even gedacht dat ze was overleden, maar al snel werd via de post van Anneliese duidelijk dat ze voorlopig nog in Nederland verbleef. In januari 1945 heeft Anneliese nog telefonisch contact gehad met haar broer Karl, over het feit dat vader, Friederich Lermann, misschien in de laatste lichting nog soldaat moest worden. Op 2 februari kreeg de vader een oproepingsbevel voor de marine in Wilhemshaven. Overlijden Anneliese zou op 8 april 1945 de terugreis nemen naar huis, maar thuis zou ze nooit meer aankomen. Ze heeft bij een geallieerde luchtaanval op het station Meppel de dood gevonden. Ze is niet als militair, maar als reizende burger gestorven toen ze op het punt stond om naar huis te reizen. Op 1 december 1945 hebben de nabestaanden van Anneliese het overlijdensbericht ontvangen. Samen met het overlijdensbericht werden het reisticket voor de terugweg, persoonlijke papieren en Anneliese’s horloge meegestuurd. Anneliese is omstreeks 1946 begraven op de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

59

moest Georg zijn studie met bijbaantjes betalen, wat in die economisch slechtere jaren zeker niet gemakkelijk was. Toch is het hem gelukt om de studie af te maken, maar vond na zijn studie niet meteen werk. Dus heeft hij ook nog een opleiding tot meubelmaker gedaan, om daarna meubelmakerleraar te worden. Rond 1932 kreeg hij een baan bij de Volksschool. In 1933, op 29 jarige leeftijd, trouwde hij met Charlotte, wat dus Charlotte Quass werd. In de relatief rustige jaren na het huwelijk kregen Georg Quass en zijn vrouw 3 kinderen, het waren 3 meisjes. Oorlogsjaren De vrede en rust eindigde voor veel mensen in Europa in september 1939, de Tweede Wereldoorlog begon. Zoals bijna alle mannen werd ook Georg op geroepen voor het Duitse leger. Georg Quass werd in 1939 opgeroepen voor een veldtocht in Polen, hij vervulde de taak als reserve officier. Voor het vertrek naar Polen werd zijn vierde kind geboren, een jongen. Twintig dagen na de aankomst in Polen raakte Georg gewond, hij werd opgenomen in een veldziekenhuis voor Georg Quas was een Duitse leidinggevende soldaat. Hij heeft zich samen met zijn soldaten aan de vijand overgegeven, om het leven van deze jongens te redden. Voor deze daad is hij door het Duitse Krijgsgerecht veroordeeld tot de doodstraf. De jaren voor de oorlog Georg Quass, hij is geboren op 9 februari 1904 in Maltsch (Polen), gelegen aan de Oder. Georg Quass groeide op in Goldberg (Duitsland), ging daar naar school en behaalde zijn eindexamen. Vervolgens leerde hij in Leignitz voor leraar, maar nog in zijn studie jaren, de jaren twintig, stierf zijn vader. Door het overlijden van zijn vader Na 3,5 jaar niet deelgenomen te hebben in het Duitse leger werd hij in juni 1944 weer opgeroepen voor het leger. Negen dagen na zijn oproep werden behandeling. Hij heeft 8 maanden in het ziekenhuis doorgebracht en kreeg ook een staffunctie in het ziekenhuis. Tijdens de revalidatie in het ziekenhuis werd zijn vijfde kind, een dochter, geboren. In 1943 werd Georg Quass naar Wathegau gestuurd, hier stond voor hem en zijn gezin een nieuwbouwwoning klaar. Zijn gezin verhuisde vanuit Goldberg naar Wathegau en verliet de rest van de familie. In Wathegau werd Georg aangesteld als directeur van een stadsschool.

GEORG QUASS

60

zijn jongste twee kinderen geboren, een tweeling. Drie weken na de geboorte van zijn jongste kinderen kreeg hij verlof. Hij zag zijn kinderen toen voor het eerste en tevens ook voor het laatste maal. Georg Quass had weinig oorlogservaring opgedaan, maar werd als officier naar het front in Nederland gestuurd. Hij werd met zijn compagnie in de regio Duinkerken uitgezet als vestigingsreserve. Georg is met zijn compagnie achter de Divisie boven hen aan gemarcheerd. Ze zouden volgens divisiebevel een brug moeten bezetten, ze hadden echter geen informatie over de vijand ontvangen. Georg werd bij aankomst van brug volledig verrast door het vuur dat hen tegemoet kwam. Doordat Georg Quass weinig oorlogservaring had,heeft hij in verloop van het gevecht meerdere tactische fouten gemaakt, die een officier met meer ervaring had kunnen voorkomen. Na de fouten die hij gemaakt had, hij besloten zich over te geven aan de vijand. Hij gaf zich over om het leven van de soldaten onder hem te sparen. Door de krijgsraad werd Georg Quass wegens ‘lafheid voor de vijand’ ter dood veroordeeld. Op 18 november 1944, 6:00 uur werd Georg Quass op 40 jarige leeftijd geëxecuteerd.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

61

62

BRIEF NAAR HUIS
Wanneer de dood van een Duitse militair in de Tweede Wereldoorlog bekend werd, kregen de nabestaanden in Duitsland een brief thuisgezonden. Hierbij een in het Nederlands vertaald als voorbeeld. De Duitsers waren redelijk uitgebreid bij de inlichting van de nabestaanden. In de brief wordt nauwkeurig beschreven waar de kameraad gestorven is en hoe dit is gebeurd. Verder werd er ook nadrukkelijk is vermeld dat de militair gesneuveld is in de naam van het vaderland en voor de leider (Adolf Hitler dus). Oprecht wordt er medeleven betuigd en de brief werd afgesloten met de veelgebruikte groet uit Nazi-Duitsland “Heil Hitler”.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

63

VOLKSTRAUERTAG
Volkstrauertag is in Duitsland een nationale gedenkdag waarop alle slachtoffers van oorlog of geweld worden herdacht. Het is te vergelijken met de Nederlandse herdenkingdag op 4 mei. Geschiedenis Volkstrauertag is op gericht in 1919 door de “Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge’ (de Duitse oorlogsgraven organisatie) als gedenkdag voor de gevallen Duiste soldaten van de Eerste Wereloorlog. De eerste officiële ceremonie werd gehouden in 1922 op Rijksdag in Berlijn. In 1926 werd besloten om Volkstrauertag op de vijfde zondag voor Pasen te houden. Toen in 1934 het nationaalsocialistische regime aan de macht was, werd er besloten dat Volkstrauertag een nationale gedenkdag werd en zij noemden het ‘Heldengedenktag’. In de periode van het nationaalsocialisme werd de Heldengedenktag gehouden onder strenge propaganda regels. De richtlijnen over inhoud en uitvoering werden afgegeven aan de Minister van Propaganda. Na de oprichting van de Bondsrepubliek Duitsland werd Volktrauertag door de Volksbond opnieuw ingevoerd en in 1950 werd er veel regionale evenementen gehouden en een ceremonie bij het Duitse regeringsgebouw.

In 1952 werd na overleg tussen federale overheden, de staten en de grote godsdiensten besloten dat Volkstrauertag gehouden word op de eerste zondag voor het advent. Het advent is een christelijke benaming voor de aanloop periode naar kerst, deze begint op zondag tussen 27 november en 3 december en eindigt op 24 december met het avondgebed. Sinds 1952 is Volkstrauertag in Duitsland een officiële nationale gedenkdag en word de dag door staatswetten beschermd. De Volksbund beschouwd dit als een Dag van Rouw, ook is Volkstrauertag een dag van verzoening, begrip en vrede geworden. Het Duitse Volkstrauertag is te vergelijken met de Nederlandse Herdenkingsdag op 4 mei. Ysselsteyn Op Volkstrauertag in Ysselsteyn wordt op de Centrale gedenkplaats in het midden van de begraafplaats een Herdenking gehouden. Alle slachtoffers van oorlog en geweld worden herdacht, met in het bijzonder de gesneuvelden die begraven zijn op de begraafplaats in Ysselsteyn. Voor de begraafplaats is het een van de belangrijkste dagen van het jaar. De begraafplaats word door talloze bezoekers bezocht op deze dag, onder de bezoekers zijn er nabestaanden, soldaten, geïnterneerden en uitgenodigden door de Volksbund. Op de centrale gedenkplaats worden speeches gehouden en kransen gelegd.

64

Een wereldwijde actie Red Hand Day is een jaarlijkse herdenkingsdag op 12 februari, op deze dag word er over de hele wereld aandacht gevraagd voor het lot van kindsoldaten. Wereldwijd worden er zoveel mogelijk rode handen verzameld. Deze op papier gedrukte rode handen worden aan de landelijke regeringen overgedragen om hen aan te zetten er meer tegen te doen. Een rode hand staat symbool tegen het gebruik van kindsoldaten. Red Hand Day staat op 12 februari op Ysselsteynse begraafplaats dan ook onder het motto; ‘STOP het gebruik van kindsoldaten’. Kindsoldaten In 2008 zijn kinderen en jongeren begonnen met een campagne voor het verzamelen van zoveel mogelijk rode hand-afdrukken en deze op Red Hand Day af te geven aan de Verenigde Naties. De Op de Duitse Militaire Begraafplaats in Ysselsteyn liggen maar liefst 1375 kindsoldaten begraven, dit zijn dus ‘soldaten’ onder de 18 jaar. Ook liggen er veel soldaten die net 18 waren geworden, voordat ze zijn omgekomen, deze hebben dus ook als kindsoldaat gevochten. Het jongste meisje dat in Ysselsteyn is begraven heeft maar 15 jaar oud mogen worden en de jongste jongen is maar 14 jaar geworden. Red Hand Day Voor alle kindsoldaten, kinderen die worden gedwongen om als soldaat te dienen in oorlogen en gewapende conflicten, die vandaag de dag nog steeds moeten vechten is de Red Hand Day in het leven geroepen. Naar schatting zijn er nu nog steeds 250.000 kinderen die in een oorlog moeten vechten, sommige van hen zijn pas 8 jaar oud. Kinderen die moeten vechten in gewapende conflicten word ook wel gezien als de zwaarste vorm van kinderarbeid. rode handen zijn afgedrukt op papier en banners met een persoonlijk bericht tegen het gebruik van kindsoldaten. In oost Congo, waar het gebruik van kindsoldaten drastisch was toegenomen, zijn 7000 handen verzameld. Voormalig kindsoldaten uit Guinee en Ivoorkust verzonden berichten waarin ze pleitte voor revalidatie en begeleiding van ex-kindsoldaten. Er waren wereldwijd honderden evenementen, zoals marsen, schoolprogramma’s, tentoonstellingen en rode handen die werden af geleverd aan parlementen. Op 12 februari 2009 werden meer dan 250.000 rode handen van jongeren uit meer dan 100 landen gepresenteerd aan de VNsecretaris-generaal Ban Ki-moon door voormalig kindsoldaten uit Colombia en Ivoorkust en jonge activisten uit Duitsland.

RED HAND DAY

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

65

Stop kindsoldaten In landen als Democratische Republiek Congo, Rwanda, Oeganda, Soedan, Ivoorkust, Myanmar, de Filippijnen, Colombia en Palestina is er in de afgelopen jaren herhaaldelijke gebruik gemaakt van kindsoldaten. Naar schattingen is het aantal kinderen dat tussen de 2006 en 2009 betrokken zijn bij gewapende conflicten nauwelijks verandered. Red Hand Day werd gestart op 12 februari 2002 door het Optional Protocol on the Involvement of Childeren in Armed Conflict. Het protocol strijd er voor dat overheden geen soldaten onder de 18 jaar gebruikt in gewapende conflicten. In het protocol staat dat alle staten en landen die deelnemen aan het protocol alle uitvoerbare maatregelen zullen nemen om van kinderen onder de 18 jaar te gebruiken in een gewapend conflict te gaan. Het protocol werd in 2000 goedgekeurd door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties en heeft inmiddels al van 142 staten en 23 landen de handtekening. Er zijn nog meer organisaties die tegen het gebruik van kindsoldaten strijden,

organisaties als UNICEF, Amnesty International en Terre des Hommes. Ook in het aangenomen Verdrag van Geneve in 1977 staat dat kinderen die de leeftijd van 15 jaar niet hebben bereikt niet zullen worden aangeworven voor strijdkrachten noch deel te nemen aan vijandelijke handelingen. Over de personen ouder dan 15 jaar en jonger dan 18 jaar staat in het verdrag dat de oudste kinderen van een gezin zullen worden genomen. Van het geschatte aantal van 250.000 kindsoldaten zijn ongeveer twee derde jongens, deze zijn actief in zeker 17 verschillende landen, zelfs in landen die het protocol zoals hiervoven omschreven hebben ondertekend. Het precieze aantal kindsoldaten is vandaag de dag nog steeds moeilijk te achterhalen, omdat veel van hen worden in gezet in rebelgroepen. Red Hand Day in Ysselsteyn

66

Van 18 december 2009 tot 15 januari 2010 stonden er in Ysselsteyn bijna 1400 rode handen op het kerkhof, bij elke kindsoldaat werd een rode hand geplaatst. Van 6 tot 15 januari werden er in Ysselsteyn tentoonstellingen gehouden voor kinderen uit groep 7/8 en kinderen van de brugklas. De tentoonstelling liet kinderen zien hoeveel kindsoldaten er wereldwijd gebruikt werden en werden de kinderen bewust gemaakt door middel van beelden en teksten dat het gebruik van kindsoldaten moet stoppen. Aan het eind van elke tentoonstelling mochten de kinderen een rode hand afdrukken op papier. Op 12 februari 2010 werden alle handen, maarliefst 2740, aan Tweede Kamer lid Lia Roefs (PvdA) aangeboden om te laten zien dat het gebruik van kinderen in gewapende conflicten moet stoppen. In 2011 werd er wederom aandacht besteed aan Red Hand Day, in het kader van hiervan kwam Nicknora Gongich in een speciaal programma van het JOC spreken over zijn ervaring als kindsoldaat. Hij werd

als 4 jarige samen met 70.000 andere kinderen van uit Zuid-Soedan naar Ethiopië gestuurd om daar te vechten. In 2011 werden er 6000 rode handen aangeboden aan Tweede Kamer lid mevrouw Albayrak (PvdA), samen met de commissie van Buitenlandse zaken hebben zij de handen in ontvangst genomen. In 2012 werden er door enkele (oud)topsporters 4832 rode handen uitgereikt aan de burgemeester van Venray, Hans Gilissen. Dit werde juist door topsporters gedaan, omdat zij hun kinderdroom waar hebben kunnen maken. Voor kinderen die moeten vechten geldt dit niet, zij kunnen hun dromen niet waar maken. De burgemeester zorgt ervoor dat de handen uiteindelijk terecht komen bij de Nederlandse politiek.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

67

JEUGD ONTMOETINGSCENTRUM YSSELSTEYN
Naast de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn ligt het JOC. Het JOC is een groepsaccommodatie en een educatief centrum voor schoolgroepen, uitwisselingsprojecten, verenigen, organisaties en dergelijke. Volksbund Het JOC is een onderdeel van de Volksbund. De Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn is een onderdeel van de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge (VDK). De Volksbund is een organisatie die ernaar streeft om alle graven van Duitse gesneuvelde soldaten in het buitenland te verzamelen, bewaren en te onderhouden. De Volksbund zorgt voor maar liefst 2,3 miljoen doden, op 827 begraafplaatsen in 45 landen. Waaronder de 32.000 Duitse gesneuvelde militaire in Ysselsteyn.

De Volksbund is op 16 december 1919 opgericht voor de aanleg van graven van de gesneuvelde uit de Eerste Wereldoorlog. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd deze taak door het leger overgenomen, maar na de Tweede Wereldoorlog heeft de Volksbund deze taak weer overgenomen. Werk voor vrede de Volksbund is de enige oorlogsgravendienst in de wereld die een eigen jeugd- en schoolbeweging heeft. Zij werken onder het motto; ‘werk voor vrede’ – ‘verzoening over de graven heen’. Jaarlijks ontmoeten zich meer dan 10.000 jongeren uit verschillende landen in de zomerkampen en jeugdontmoetingscentra om elkaar te leren kennen, de vrijheid te beleven, oorlogsgraven en monumenten te onderhouden en zich met de Europese geschiedenis bezig te houden. JOC Ysselsteyn

68

In het jeugdcentrum van Ysselsteyn kunnen Nederlandse en Duitse scholieren elkaar beter leren kennen. Ook al is de oorlog al langer geleden en gaan Duitsers net zo graag in Nederland op vakantie al de Nederlanders in Duitsland is er toch nog een bepaalde spanning tussen beide landen. Neem als voorbeeld het internationale voetbal wedstrijden die nog altijd als “oorlog” wordt gezien. Het JOC biedt de mogelijkheid om samen met deze jongeren de spanning weg te halen. Op de locatie van het JOC is er de mogelijkheid om met sport en spel de jongeren elkaar beter te leren kennen. De doelstelling voor het JOC is dan ook dat de jeugd het verleden ontmoet en gezamenlijk werkt aan vredesprojecten. Activiteiten bij het JOC Voor het verblijf op het JOC Yssesteyn zijn eer meerdere programma’s opgezet, er zijn veel verschillende activiteiten die het JOC

organiseert. Zo wordt er een rondleiding gegeven over de begraafplaats waardoor de jongeren de geschiedenis, het ontstaan en de bijzonderheden van de begraafplaats leren kennen. De rondleiding wordt ook gegeven aan mensen die niet op het JOC verblijven, maar wel geïnteresseerd zijn. Er worden door jongeren tevens werkzaamheden op de begraafplaats verricht. Het werken op de begraafplaatsen heeft twee doeleinden, de begraafplaats wordt niet alleen onderhouden en in stand gehouden voor de volgende generaties, ook worden de jongeren direct geconfronteerd met de gevolgen van een oorlog. Er worden werkzaam heden verricht als de kruizen poetsen en het inschilderen van de letters op de kruizen. Ook worden er veel uitstapjes georganiseerd, er is bijvoorbeeld de mogelijkheid om naar het Anne Frank huis in Amsterdam of naar het Liberty Park Nationaal oorlogsmuseum in Overloon te gaan.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

69

CONCLUSIE
Voorafgaand aan dit werkstuk hadden we als hoofdvraag gesteld: Waarin verschillen de militaire begraafplaatsen in Margraten en Ysselsteyn? We kunnen nu concluderen dat deze verschillen heel erg groot zijn. Als beantwoording van deze hoofdvraag kunnen we de deelvragen afgaan. Het verschil tussen de functies van de begraafplaatsen in Margraten en Ysselsteyn? De functies van de beide begraafplaatsen zijn eigenlijk hetzelfde: het zijn beide de laatste rustplek voor vele militairen uit de Tweede Wereldoorlog. Al gaat het natuurlijk wel bij iedere begraafplaats om een ander van afkomst van de personen die er begraven zijn. Bij de sterfplekken van de slachtoffers is wel een verschil te vinden. In Ysselsteyn liggen grotendeels Duitse soldaten die op Nederlands grondgebied zijn gesneuveld. In Margraten liggen soldaten die op veel verschillende plekken gesneuveld zijn, voornamelijk in Duitsland, omdat op vijandelijk grondgebied geen militairen begraven mochten worden werden deze in Margraten begraven. Ook zijn er veel graven te vinden van slachtoffers van het Ardennenoffensief en Operatie Market Garden. De laatstgenoemde waren wel in Nederland. Het verschil in onderhoud tussen de begraafplaatsen in Margraten en Ysselsteyn? Het onderhoud van de begraafplaatsen kent grote verschillen. De Amerikaanse begraafplaats in Margraten wordt bestuurd en onderhouden door de American Battle Monuments Commission, Het verschil in ontstaan tussen de begraafplaatsen in Margraten en Ysselsteyn? In het ontstaan van de twee begraafplaatsen zijn wel grote verschillen. De begraafplaats in Margraten is voortgekomen uit noodzaak, het 9e Amerikaanse Leger had een begraafplaats nodig om zijn eigen slachtoffers soldaten te kunnen begraven op vriendschappelijk grondgebied. Ze gingen in Zuid-Limburg op zoek naar een locatie, dit terwijl de oorlog nog bezig was. De begraafplaats in Ysselsteyn is door de Nederlandse overheid opgericht, dit pas na de Tweede Wereldoorlog. De Nederlandse overheid wilde alle Duitse gesneuvelde die door heel Nederland begraven waren op één gezamenlijke plek begraven. Ysselsteyn werd hier als locatie voor aangewezen. In de jaren na de oorlog werd deze begraafplaats opgezet en kwamen alle stoffelijke overschotten van Duitse soldaten naar Nederland, waardoor de begraafplaats langzaam vorm kreeg.

70

een organisatie gestuurd vanuit de Amerikaanse overheid. Deze organisatie heeft ook het personeel in dienst, waaronder ook een ploeg mensen voor het verzorgwerk van de begraafplaats. Daarentegen is de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge verantwoordelijk voor de begraafplaats in Ysselsteyn, maar het onderhoudswerk wordt hier verricht door vrijwilligers. Dit zijn vrijwilligers werkend op het Jeugd Ontmoetings Centrum (JOC) en schooljeugd die hier op bezoek komen. Deze bezoeken worden ook geregeld via het JOC. Verder zijn er nog vele andere verschillen te noemen die niet onder de deelvragen vallen, dingen die wel behandeld zijn in dit werkstuk. We kunnen als eindconclusie stellen dat we beide begraafplaatsen op zichzelf prachtig vinden. Wel zijn beide begraafplaatsen totaal verschillen van elkaar. Zo is de Amerikaanse begraafplaats erg prestigieus en de Duitse begraafplaats immens groot, waardoor beide toch een grote impact op je gevoel hebben.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

71

NAWOORD CEES DERKS
Heel wat energie heeft de afgelopen maanden in dit profielwerkstuk gezeten, maar ik ben blij dat ik nu toch eindelijk het nawoord mag schrijven. Ik kijk terug op een zeer leerzame periode met een mooi werkstuk als resultaat. Naast de dagelijks bezigheden als school en sport, heb ik veel tijd gestoken in dit profielwerkstuk. Het begint van het werkstuk was wat moeilijk, ik vond het voornamelijk steeds moeilijk om steeds een begin te maken. Maar eenmaal over het begin heen, loopt het allemaal steeds makkelijker. De opzet was dat Maarten en ik beide ongeveer evenveel tijd en werk zouden steken in de uitwerking van elke begraafplaats. In het begin is dit ook nog goed gelukt, maar zijn we er achter gekomen dat we ons steeds meer specialiseerde op een begraafplaats. Maarten richtte zich steeds meer op het gedeelte van Margraten en ik op het gedeelte van Ysselsteyn. Ondanks dat dit niet de opzet was ben ik er achteraf toch blij mee. Door elkaar meer ruimte te geven in een onderwerp, denk ik dat de kwaliteit van het werk ook een stuk hoger is. Door je in een onderwerp te verdiepen, en niet in twee onderwerpen, houdt je veel meer tijd over en kun je dieper in gaan op een onderwerp. Als ik nu door het werkstuk heen kijk ben ik er tevreden over, vooral omdat ik niet verwacht had zoveel te weten te komen over dit onderwerp. Voordat ik aan het werkstuk begon wist nog nauwelijks iets van de begraafplaatsen. Ik heb er ook met veel plezier aan gewerkt, ook al moet ik toch zeggen dat er ook momenten zijn geweest dat ik er geen zin meer in had. Na die momenten stopte ik meestal enkele dagen met het werkstuk en kon ik daarna met frisse moed weer verder werken. Een van de belangrijkste dingen van de afgelopen periode is toch wel de impact die de begraafplaatsen op me hebben gemaakt. Beide begraafplaatsen hebben wel iets speciaals. Bij de Amerikaanse begraafplaats in Margraten is dit vooral het uiterlijk. De Duitse begraafplaats in Ysselsteyn heeft me vooral laten zien dat de gesneuvelden, geen Duitse boosdoeners zijn, maar vooral Duitse jonge jongens die verplicht de oorlog in gestuurd werden. Natuurlijk zullen er in Ysselsteyn ook wel rotzakken liggen, maar de impact van de hoeveelheid kruizen en gezien de leeftijd van de soldaten is voor mij erg groot. Ik hoop dat degene die dit werkstuk gelezen hebben, het vooral met plezier gelezen hebben gedaan, maar ook veel te weten zijn gekomen. Dat ze genoeg gelezen hebben om zelf ook eens deze begraafplaatsen te bezoeken, want het bezoeken van deze begraafplaatsen is zeker de moeite waard.

72

NAWOORD MAARTEN BOOTS
Na heel wat uren en heel wat zoek- en schrijfwerk ben ik zeer tevreden over het profielwerkstuk dat we gemaakt hebben. Een werkstuk waar enorm veel tijd in heeft gezeten, maar waar ik wel met passie en plezier aan heb kunnen werken. Na een ietwat rommelige start hebben we goed onze taken kunnen verdelen en toch structuur in het werkstuk kunnen krijgen. Na verloop van tijd is Cees zich in de Duitse begraafplaats in Ysselsteyn gaan specialiseren en ik in de Amerikaanse begraafplaats in Margraten. Dit bleek ook het beste te werken, om elkaar zoveel mogelijk de ruimte te geven, om zo efficiënt te werk te kunnen gaan. Elkaar controleren maar vooral elkaar goed aanvullen blijkt een prima vorm van samenwerken te zijn. Samen regelmatig een afspraak maken om van het werkstuk een geheel te maken, want de meeste dingen moeten toch van de hand van ons beide komen. Na veel tijd samen door te hebben gebracht, met naar eigen mening zulk mooi resultaat, geeft het gevoel dat het profielwerkstuk echt van ons samen is, wat natuurlijk heel erg belangrijk is. Nu ik me zo gespecialiseerd heb in ons onderwerp, kan ik eerlijk zeggen me geen mooier onderwerp voor te kunnen stellen. Onze bezoeken en rondleidingen op de begraafplaatsen waren heel leerzaam en indrukwekkend. Het is mooi om te zien dat er op de begraafplaatsen zelf ook veel waardering getoond werd door de medewerkers Verder hoop ik dat men als lezer van dit werkstuk het met plezier leest en na afloop geen vragen meer heeft over deze begraafplaatsen, want dan weet ik als maker dat we alles goed beschreven hebben wat je moet weten over deze twee bijzondere plekken in Limburg. voor ons profielwerkstuk dat tenslotte over hun werkplek gaat. Daaropvolgend heb ikzelf ook veel waardering dat we zo goed geholpen zijn door deze mensen met informatievoorziening en andere aanvulling die ons goed op weg geholpen heeft, vandaar dat we het ook op zijn plaats vinden dit werkstuk af te sluiten met een speciaal dankwoord.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

73

Maarten en Cees tijdens de rondleinding met meneer Buijs.

74

DANKWOORD
Nu we het werkstuk afgerond is willen wij tot slot een nog een aantal personen bedanken. Deze personen die ons erg dienstbaar zijn geweest bij het maken van dit werkstuk. De informatie en bijlagen die wij van deze personen hebben gekregen is erg belangrijk geweest. Zonder deze informatie zou dit werkstuk niet tot stand zijn gekomen zoals het nu is. Ysselsteyn Wij willen graag het team van het Jongeren OntmoetingsCentrum Ysselsteyn en de Duitse militaire begraafplaats bedanken voor de rondleiding die we gehad hebben over de begraafplaats. Deze rondleiding heeft ons een beter beeld gegeven hoe de begraafplaats is opgebouwd en ontstaan. We willen graag Myriam Koonings bedanken voor het sturen van de informatie en de afbeeldingen. Zonder deze informatie was het namelijk erg moeilijk geweest om de persoonsonderzoeken te doen. De geschiedenis achter de gesneuvelden op de begraafplaat is moeilijk te achter halen. Tot slot willen wij meneer Tim Demedts bedanken voor zijn inzet als begeleider van ons profielwerkstuk. De kritiek en aanmoediging die hij ons gaf tijdens het maken van het werkstuk heeft ons goed geholpen. Margraten Het team van de American Battle Monuments Commission willen wij ook graag bedanken. Meneer Buijs willen we bedanken voor de rondleiding die we gekregen hebben. De rondleiding heeft een toegevoegde waarde gehad op de informatie die we al vergaart hadden. De informatie die we al hadden was soms nog een beetje onduidelijk, maar door het verhaal van de rondleiding viel dit mooi in een stuk samen. Meneer Lahaye willen we bedanken voor de informatievoorziening. De informatie die we bij de rondleiding hebben gekregen heeft veel waarde gehad bij het maken van dit werkstuk

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

75

76

BRONVERMELDING
MARGRATEN
Boeken; Ribbens, Kees, Een open zenuw. De Amerikaanse begraafplaats in Margraten (Amsterdam 2010) Hendriks, Jan en Hans Koenen, D-Day in Zuid-Limburg. De Bevrijding van uur tot uur van plaats tot plaats (Maastricht 1994) Internet; www.voortt.nl/margraten www.eijsdenmargraten.nl www.adoptiegraven.nl www.adoptiegraven-margraten.nl www.bensavelkoul.nl/Cemetery_Margraten_Story www.margrateneerbetoon.nl www.strijdbewijs.nl www.margratenmemorial.org www.fallennotforgotten.nl www.herosforever.nl Mondeling Een rondleiding met meneer Buijs, een medewerker van het ABMC.

YSSELSTEYN
Internet; www.joc-ysselsteyn.nl www.vulksbund.de www.nl.wikipedia.org/Duitse_militaire_begraafplaats_in_Ysselsteyn www.bensavelkoul.nl/German_Cemetery_Ysselsteyn Mondeling Een rondleiding met een vrijwilliger van het Jeugd Ontmoetingscentrum Ysselsteyn Overig Toegestuurde informatie van medewerkers van het JOC Ysselsteyn, waaronder enkele biografieën.

m i l i ta i r e be gr a a f p l a a t s e n m a r gr a t e n e n ys s e l s t e y n

77

78

Similar Documents